We zeggen wel eens dat de Popronde de beste manier is om een stad te leren kennen en aangezien we Heerlen alleen kennen door het autoglas op weg naar Pinkpop… gaan we ervoor. Het is de zevende Popronde van het seizoen en afgezien van een bezoek aan Apeldoorn hebben we nog niet echt van ’s lands grootste rondreizende festival en onze NMTH-selectie kunnen proeven. We pakken meteen een primeur mee, want in Heerlen beleeft de Popronde haar eerste zondagse editie. Je moet even twee uur treinen naar Zuid-Limburg, maar dan heb je ook wat.
Tekst en foto’s Ingmar Griffioen
My Blue Van bijvoorbeeld. We zagen de band donderdag nog vlammen op de 100e Club 3voor12 Utrecht in dB’s, maar hier staan de Utrechtse blueserockers gewoon om 15.00 uur op straat te spelen in Heerlen. In een drukke winkelstraat op koopzondag voor muziekwinkel Aron’s Muziek bovendien. Grote NMTH en Popronde-banners ernaast om het plaatje compleet te maken. My Blue Van trekt naast toestromende koopjesjager ook breiend publiek… “Speciaal bedankje voor deze mevrouw. Dat is de eerste keer dat er gebreid wordt bij een optreden. Geeft toch een andere sfeer”, grapt Bas Beenackers. Geen slechte akoestiek in de Saroleastraat, waar een man of zestig staat te klappen voor gemeen bluesy spul als Bloodstain en I Give You My Curse.
MBV lijkt erg te drijven op de rauwe, doorleefde stem en het gitaarspel van Beenackers, maar hier staat een zeer ingespeeld, soepel trio te spelen. “Dat was onze single. Daar zijn we mee bij Giel Beelen geweest, nee hoor. Doe ik alleen om indruk op jullie te maken.” Lekker sfeertje, niks mis mee of het moet het zonnetje zijn, dat op dit tijdstip net de straat verlaten heeft. Het volgende 25 Nights And Days was wel een goede single, ook zonder airplay bij Beelen, en dan heeft de band ook nog rustiger werk in huis. Zoals het slepende Carousel, dat wat meer blues is dan rock.
Fijne opener van de Popronde, die vandaag extra goed gedijt in de nazomerzon. Extra chill dus dat op Popronde Heerlen bijna alles buiten is. Na een korte blik bij Grunn dialectpoppers Swinder in een van de vele kroegen op het Pancratiusplein lopen we via het lommerrijke Wilhelminaplein (waar Angelo Boltini speelt) naar De Bongerd. Daar treffen we de jongens van The Homesick, opbouwend op een kleed voor koffiebar/modezaak Coasters. Het publiek zit in een kring op geruime afstand en dat lijken de Friezen wat ongemakkelijk te vinden. Grappig charmeoffensief dan maar van bassist-zanger Jaap van der Velde: “Heerlen is net Frankrijk. Ze noemen het ook wel het San Francisco van het zuiden, begrepen we.” Gitarist Elias Elgersma krijgt nog wat aanwijzingen ingefluisterd door een zestiger met een Barcelona-petje, maar de sleazy Friese discopunk doet het prima, met veel galm en geweldige drive. En ook hier staat al gauw een man of 50 te knikken. Terwijl de Dokkum boys single Boys inzetten begeven we ons langs een wrede mengelmoes van oud en foeilelijk nieuw.
We ontwijken ook een van de vele Serious Request acties (sympathiek, maar we hoeven echt niet op de foto) en gaan door naar weer een ander plein: De Morenhoek voor Tamarin Desert. Powered by De Oefenbunker, dé hoop van popminnend Heerlen tot de oprichting van poppodium De Nieuwe Nor. Dit is wel een hele mooie locatie voor onze vuurdoop met deze Eindhovense psychedelische schobbejakken. En goed dat het is! Nieuwe single Dreams is ook heel erg rauwe psychrock ’n roll en de frontman heeft een wat schelle doch goede stem voor dit werk. Terug naar de eerste single dan. “Gaan we nu spelen speciaal voor jullie, omdat de zon schijnt.” Yeah! Met het hard psychende Fool’s Last Stand vergeten we alles even, zelfs dat die vrouw er de hele tijd in het Limburgs doorheen tettert. Deze track is meer van de gejaagde rock ’n roll en we beleven al met al een hele prettige kennismaking.
De Tapperij is een typische, tamelijk briljante bruine kroeg waar ze om en om Golden Earring (Radar Love) en Black Sabbath (Paranoid) lijken te draaien. Tikje smal wel. “Wij zijn Iguana Death Cult uit Rotterdam.” Bam! En meteen no-nonsense erin vliegen, heel goed. Het viertal handelt normaal in gejaagde garage met een toetje surf en gekte à la Thee Oh Sees. Maar ze horen zichzelf niet wegens een ontbrekende monitor. Dat is even behelpen, maar voor zo’n pijpenla klinkt het heel niet gek. De jongens opereren in stijl: flesjes Corona erbij, de een in zelf ontworpen IDC-tee, de ander zonder shirt en de slagwerker achter een met paarlemoer afgezet drumstel. Meer stijl: “De volgende heet Sirens, dat is de single en die hebben we te koop… op cassette!” En De Tapperij kan dansen op dat ‘Aiaiaiai’ refrein. Het wordt nog beter en The Homesick komt ook even kijken wat er gebeurt. De oude kelner blijft ondertussen bijzonder moedig met een dienblad met fluitjes door het publiek benen. De Rotterdammers lijken net als het publiek steeds meer op stoom te komen, maar daar is slotsong Barracuda al. Nog een keer vol gas en dan mag Heerlen schreeuwen om “Zugabe” en “We want more. More”. Dat krijgen ze ook: Black Sabbath en dan Slayer.
Heel relaxed dat ze niks tijdens het eten programmeren in Heerlen, dus kunnen we uitgebreid tafelen bij de lokale Indiase curry-boer (een beste!). Dan door naar Café de Kroniek, waar Donnerwetter op het Oor podium staat en aan een intensieve soundcheck bezig is. De Nijmeegse band vestigde onlangs een wereldrecord ‘Meeste concerten in 24 uur’, maar heeft meer pijlen op de alternatieve boog. Toetsen ook en een enorme soort van Meatloaf als frontman. Dat klinkt heel disrespectful, maar dat bedoelen we als compliment: Zanger-gitarist Rocco Ostermann zit vocaal ergens tussen Antony en Nick Cave en wisselt ook qua podiumpresentatie knap tussen geconcentreerde rust en uitstapjes over het podium, waarbij het publiek met schalkse blik lijkt uit te dagen. Tel daar jazzy drums en gitaar (van Shaking Godspeeds Wout Kemkens) en dissonante toetsen bij op en je hebt een heel boeiend totaalgeluid. Het jammere is dat we door die late start maar een kwartier mee kunnen krijgen.
Helemaal zonde is dat het niet zo druk is bij Counter Jib. We zijn terug in De Tapperij, waar twee langharige frontmannen en een hyperenergieke drummer uit Utrecht er hard voor werken. Het trio rond – voormalig singer-songwriter – Florian Wolff heeft het perfecte materiaal voor een Popronde-show. Op laatste album Mirk & Marvel en in deze Heerlense kroeg horen we stevige rock, soms QOTSA-achtige stoner en dan weer een beetje melancholisch gezongen richting Audioslave. Zo spelen ze “het kleinste podium ooit” langzaam voller en gezelliger. De continu breiende mevrouw, onderdeel van een groep vrouwen en mannen die de hele NMTH route lijken te doen, staat ook alweer vooraan. Beetje chaotisch op het podium soms, maar “We don’t give a shit en een best sterke set. Toegankelijk ook, zeker met die samenzang. Counter Jib presenteert nog een nieuw nummer, van een nieuwe EP die we ergens rond november mogen verwachten. Meer goed nieuws, want 5 november verzorgt de band in Club Ziggo de pre- en aftershow van Foo Fighters. In De Tapperij persen ze er nog een stevig slot uit. Klaar. Bam: Enter Sandman aan. En meezingen maar. Prachtkroeg.
We kunnen nog korte blik werpen op de psychedelische gekte van Echo Movis, die in De Nieuwe Nor veel kanten op schiet. Interessante, beweeglijke band, die een tropische sound combineert met new wave gitaartjes.
St. Tropez heeft het even later niet makkelijk in Café Bracke. De kroeg stroomt al snel knalvol en sommige knalbezopen bezoekers vallen over de monitors. Dan is er nog de afstemming van het geluid en de zang, maar al snel zingen ze I Wanna Live In St. Tropez. Wij ook, maar hier is het ook goed toeven met de eerst nog mysterieuze, maar toch vooral serieuze doorstart van de Go Back To The Zoo boys. Zoals we op Sleazefest al zagen zijn ze in vorm en is bassist Lars Kroon nu frontman. Ze lijken even wat geïrriteerd door de roestige start, maar in Las Vegas zoeken ze het publiek al op. Zo werkt dat op de Popronde (en hebben ze als GBTTZ al geleerd); dat publiek is daar om te veroveren. Het Amsterdamse viertal krijgt er lol in en flink ook. Kroon springt op het drumstel, van het drumstel en hop, daar gaat hij met gitarist Cas Hieltjes het publiek in, zover als zijn microfoonsnoer toelaaat. Er staan naast die vier van de debuut-EP inmiddels al heel wat meer fijne songs zoals het getergde Son Of God op het repertoire en daar spelen ze Bracke soepel plat mee. We gaan van vuige garage naar rauwe bluesy rock n roll en daarin toont Teun Hieltjes zich een begenadigd gitarist. Het met ‘Willen jullie meer of minder?’ ingeluide Por Que Why is genoeg om de kroeg in de fik te steken en na een-na-laatste song I Don’t Wanna Fall In Love is Bracke extatisch.
Na de laatste tonen van Fake It snellen we net voor St. Tropez het terras op en zo door naar de trein. Lekker setje, hoog tijd voor die debuutlangspeler heren. Was de Popronde inderdaad de beste manier om Heerlen te ontdekken? Absoluut, de stad met het mijnmuseum naast het stationnetje en een vrij afzichtelijke stadsentree, inclusief kermisje tijdens de koopzondag, voelt nu zowaar als een warme, enigszins vertrouwde plek. In 125 minuten in de NS-mobiel speelde vervolgens het slepende Who Is There To Know (en vooral het refrein en dat basloopje erna) van My Blue Van continu door het hoofd. Lang niet onprettig. Ondertussen breien de Utrechtse sexy rockers van Rhinorino, die we wegens de laatste trein moesten missen, een bloederig einde aan Popronde Heerlen.
Tot de volgende Popronde! (Meer foto’s in de galerij onderaan)
Nog geen reacties!
Er zijn nog geen reacties geplaatst.