Black metal is een beest met veel gezichten en een basisingrediënt van Roadburn. Diverse bands speelden al in de donkere hoekjes van het festival (lees: de Hall of Fame) en ook zaterdag is weer rijk aan artiesten met hun wortels in het grimmigste subgenre (of ’the gayest’, volgens Tom Dare van Hell Bent For Metal). Dat begint al vroeg met Sordide, maar hoe ver Ulver ook door de genregrenzen heen meandert, ook zij vinden daarin hun oorsprong.
Wil je de artikelen van Never Mind The Hype over deze 2022 editie van Roadburn Festival doorlezen klik dan HIER.
Tekst: Guido Segers / Fotografie: Roy Wolters en Paul Verhagen
Het Franse Sordide begint in de Engine Room op de middag. Hun laatste plaat Les Idées Blanches, uit bij Les Acteurs De L’Ombre Productions, laat zien waar Franse black metal voor staat in z’n eigenheid. Een eigen dedain voor het alles, maar ook een beweeglijkheid en rockfundament. Het geluid is niet altijd optimaal, wat veel van de fijnere aspecten afvlakt in de songs. Dat staat het drijvende ritme en de lichtvoetige melodieën niet in de weg, gelukkig. Het is een band waar je mee wil bewegen, in plaats van het statische geluid over je heen wil laten komen. Geen wonder dat curatoren Milena Eva en Thomas Sciarone gecharmeerd zijn van het trio. Toch denk je aan het slot; speelde Sordide maar in zo’n klein hol, waar je nog meer bovenop en middenin die muziek kan staan, want je wil gewoon meer.
Verguisd, verketterd en verheven; Liturgy heeft een plek verworven in het firmament van de black metal en daar kan elke kvlt-keybord-warrior van vinden wat ‘ie wil. De warsheid van Liturgy en die van de artiest Hunter Hunt-Hendrix is diep met elkaar verweven, en daarom was Hunt-Hendrix al in meerdere panels aanwezig; Liturgy is zo radicaal anders. Muzikaal is het een wervelwind van glissando’s, tempowisselingen en conflicterende elementen. De zang scheurt overal doorheen en ligt bovenop de mix. Of dat de beste keuze is, daar kan je vijfentwintig verschillende gesprekken over voeren na de show, maar tijdens trekt het je als luisteraar uit de flow in een actieve rol. Maar dat is ook een beetje wat de eerste nummers, een bloemlezing van plaat H.A.Q.Q. moeten doen. Het is bijna avantgardistisch te noemen, maar dat maakt het niet voor iedereen. Zelf ben ik meer gecharmeerd van de songs aan het einde van de set, afkomstig van Aesthetica. Die hebben net wat meer houvast, maar wellicht is dat gemakzucht.
Niet zeggen dat Silver Knife leden bevat van Laster, Wolvennest, Hypothermia en Lure voelt alsof je de luisteraar iets van context afneemt. Aan de andere kant geeft het een project ruimte om z’n eigen voeten te vinden en dat punt heeft Silver Knife reeds lang bereikt. Deze band speelt black metal zoals we het kennen en waar we van houden, maar ook hier met een dynamiek en engagement wat adem geeft aan de muziek. Ja, we hebben de blastbeats en repetitieve riffs, maar er zit een groove in Silver Knife, het vloeit in de Hall of Fame. Terecht dus, dat er een enorme rij staat, hopende dat tijdens één van de vele interludes mensen de tent verlaten. Dat doe je niet snel, want de band grijpt je en nagelt je aan de grond. Melancholie met een ziel, dat is wat je krijgt.
Ulver. Een band die nooit twee keer hetzelfde doet, maar toch al enige jaren door de synthpop laveert. We krijgen dan ook nummers van Flowers of Evil en The Assassination of Julius Ceasar en twee tracks van recente EPs. De laatste plaat, Scary Muzak komt niet aan bod en of dat erg is mag je zelf bepalen. Wat goed gaat is dat er een enorm scherm voor het podium hangt wat met slimme projecties een ander wereldse ervaring brengt die neigt naar een 3D projectie. Het hult de band in een soort magische ‘box’ van kleuren en patronen en dat is heel vet, net als de nummers. Het geluid gaat echter niet helemaal lekker en Ulver moet even op gang komen, maar dan zijn we ook los.
Nemoralia is een van mijn favoriete nummers allertijden van de Noorse weirdos. De teksten zijn heerlijk gelaagd en donker, maar er zit iets in de flow van het nummer, in die stuwende ritmes, de hemelrijkende refreinen, wat je raakt. Natuurlijk klinkt het allemaal net wat anders, want dit is Ulver. Het lijkt daarna ook een beetje alsof we in een eindeloze medley/jam belandt zijn met sporadisch herkenbare songs en dat begint met Bring Out Your Dead van de Sic Transit Gloria Mundi EP. Er gebeurt veel in deze set, maar het is ook in Ulver-fashion hevig gestileerd met weinig (geen?) spontaniteit. Het lijkt ook wel alsof Ulver een band is die tegen wil en dank op het podium staat. Je mist dat organische en interactieve, die unieke energie en spontaniteit die ontstaat tussen publiek en artiest. Dat is ook zo sinds de band jaren terug besloot weer live te gaan. Maar als ze er staan, dan krijg je een ervaring van jewelste.
Nog geen reacties!
Er zijn nog geen reacties geplaatst.