De band Opeth brengt met ieder nieuw album een hoop discussie met zich mee in het metalen wereldje. Of dat nu ten tijde van grensverleggende deathmetalplaten als Ghost Reveries of Blackweater Park was, of vandaag de dag met de psychedelische progroute bewandeld sinds Heritage uit 2011. Maar hoe je het ook bekijkt: Mikael Akerfeldt en zijn makkers doen waar ze zin in hebben. En dat is het maken van complexe epossen, progressief en muziektechnisch. En het harde werken van de Zweedse gigant heeft geresulteerd in een trouwe fanbase. Een druilerige dinsdagavond in november staat dan ook in het teken van een uitverkochte show in de sfeervolle Grote Zaal van TivoliVredenburg. Met ook nog eens de groovy IJslanders van The Vintage Caravan op sleeptouw.
Tekst: Merijn Siben / Fotografie: Ben Houdijk
The Vintage Caravan
Al op jonge leeftijd gooiden de jongens van The Vintage Caravan hoge ogen. Uitgedost in jaren 70 outfits weet je eigenlijk al waarmee je te maken hebt. Is hun muziek origineel? Verre van, maar de psychedelische hardrock is van aangenaam stomende aard en gebracht met een jeugdige dynamiek. Met een hoop ervaring op zak is The Vintage Caravan een verrassend gestroomlijnde groep geworden. Het pompt simpelweg goed, met vettige riffs en stampende drumpartijen. Ook qua podiumpresentatie zijn ze gegroeid, waarbij vooral Óskar Logi Ágústsson opvalt, met zijn vrolijke smoelwerk druipend van het zweet. Het hoogtepunt van de show zit hem in het midden met het smeulende On the Run, dat in relatieve rust opstijgt naar een machtige rocktrack. Een knap staaltje op dreef zijn voor dit IJslandse trio.
Opeth
29 jaar Opeth en 13 albums later, kwam die internationale faam niet zonder slag of stoot. Zoals Åkerfeldt zelf aangeeft gaandeweg de show, wanneer een fan roept om Black Rose Immortal, stopten ze ooit nog eens halverwege die 20 minuten durende track omdat de enige toeschouwer in de bar te dronken was om te headbangen. Maar hard werken en een onomstotelijke livereputatie hebben hun vruchten afgeworpen, met een zeer trouwe fanschare en een hoop prachtige songs op zak. De grunts zijn al een tijd verdwenen, maar sinds Heritage uit 2011 is Opeth gegroeid in die nieuwe sound, met sterke platen als Pale Communion en het nieuwe In Cauda Venenum. Na een aantal festivals de afgelopen jaren, is een indoor optreden nog het meest perfect en sfeervol, eentje waar het krachtige geluid, duizelingwekkend muzikaal vernuft en de gortdroge humor van de frontman volledig tot hun recht komen.
Zo ook vanavond. Het intro Livets trädgård weet wat kippenvel te bezorgen met visuals van dwarrelende sneeuwvlokken, maar hoewel opener Svekets Prins niet mis is, wordt deze nog ietwat onwennig gespeeld, met Åkerfeldt die de timing non-verbaal probeert te communiceren. Maar als het geluid eenmaal aangescherpt is en er met het opvolgende The Leper Affinity oud werk wordt gespeeld, zijn die initiële onwennigheden weggeblazen. Het nieuwe, galopperende Hjärtat Vet Vad Handen Gör komt goed uit de verf, afgemaakt door Medusa opdoemend uit een vlammenzee. Een avond met Opeth is natuurlijk niet compleet zonder de anekdotes van Mikael Åkerfeldt, die zijn bezielde stem gebruikt om shitstories te vertellen over welke broek hij vandaag aantrok, de hoeveelheid fietsers in Utrecht en de nieuwe Tarantino-film. Dat hij nog steeds fel kan grunten bewijst hij vervolgens met Reveries/Harlequin, een klasbak uit het vorige decennium. Dit wordt gevolgd door een pijnlijke anekdote over de ietwat kritische ontvangst van Heritage uit 2011, en het haast jazzy intermezzo dat Nepenthe heet, alsof we in een metallounge zijn beland. Opeth laat zich verder niet kennen door flashy rockmoves of vuurwerk, en het is duidelijk dat de muziek telt, met een gestaag voortdenderende band. Van het warme Hope Leaves, het loeizware Lotus Eater of die catchy oorwurmriff uit Allting Tar Slut: alles wordt gedragen door emotionele passages, verbluffend samenspel en intrigerende, artistieke beelden op het scherm.
Een ijzersterke Opeth-show van twee uur wordt afgesloten met Sorceress en onbetwiste klassieker Deliverance, die veel fans zat zijn te horen als afsluiter (“The internet says so!”, aldus Åkerfeldt). Hoe dan ook, Opeth blijft het hem flikken met een krachtige, artistieke opzet, technisch vernuft en een oog voor detail. En als je dan ook nog eens met een goed gevulde, afwisselende setlist komt, kan de kou buiten ons na afloop niks meer maken. Want op de warmte van Opeth, daar kunnen we nog even op varen.
Nog geen reacties!
Er zijn nog geen reacties geplaatst.