“I was walking among the fires of Hell, delighted with the enjoyments of Genius; which to Angels look like torment and insanity.”
― William Blake
20 jaar Amenra. Daar mag je de tijd voor nemen… Tekst: Steve Gröniger // Fotografie: Maarten Kinet
DE AANLOOP
Hierbij het derde deel, met deze keer beeld van ex-Amenra bassist en fotograaf Maarten Kinet. Deel één is hier te lezen en deel twee lees je hier.
HET LAM GODS
We zijn aanbeland bij deel drie, tevens slotstuk van deze interview- en fotoserie, maar allesbehalve een zwanenzang. Hoewel mentaal gesproken misschien wel voor de interviewer. Zoals eerder aangegeven: je verdiepen in de geest van Amenra is de confrontatie op een bepaald vlak met jezelf aangaan. Het is ergens beangstigend, spannend en bij vlagen zelfs een surrealistische gewaarwording, maar in de kern is het een waardevolle uitdaging gebleken. Maar goed, op naar deel drie van het gesprek met frontman Colin H. van Eeckhout en de volgende 20 jaar van het leven met Amenra.
Hoe is het om ineens de mogelijkheid te hebben om een 3-daags multidisciplinair programma te cureren in Paradiso en De Brakke Grond, en sowieso het gegeven op een punt te zijn dit te mogen doen?
‘Ja, dat is heel luxueus, eigenlijk. We wisten wel dat dit een mogelijkheid was, iets dat we konden bereiken en daardoor hebben we als band vanaf de beginjaren keihard gewerkt om op dit punt te kunnen komen. Inmiddels hebben sommige van ons ook een gezin en kinderen, dus is het heel waardevol om in een positie van luxe te zijn waarin je zelf je agenda en tijd kan bepalen. Het maakt het allemaal een stuk gemakkelijker om oprecht en eerlijker te zijn, omdat wat we niet doen wat geforceerd is. Er moet niets.´
Klopt mijn beeld dat die geschetste vrijheid met name te danken is aan hetgeen jullie hebben gedaan in de periode vanaf die intense sets op Roadburn 2016, het uitbrengen van Mass VI en de liveshow in Ancienne Belgique, waarbij het leek alsof jullie heel bewust waren van de kracht van jullie vleugels en buitengewoon ontketend leken? ‘
We hebben het toen inderdaad naar een hoger niveau kunnen tillen dan voorheen. We hebben ook geluk gehad, eigenlijk. Geluk gehad dat de we een week lang ingesneeuwd in de Ardennen in de studio zaten opgesloten met elkaar en de sterren, planeten en dergelijke ons gunstig stonden. Ook in de tijd die we gebruikt hebben in de periode van het schrijven van de nieuwe plaat.´
Is het niet te gemakkelijk om van ‘geluk’ te spreken?
‘Ja, dat is wel zo. Het vergt natuurlijk ook het talent dat we door hard werken hebben kunnen ontwikkelen. We beheersen wat we doen steeds meer en meer; we hebben meer inzicht in de kracht en de kwetsbaarheid er van. We zijn volwassener geworden, geëvolueerd en hebben in zekere zin meer controle. Daar zijn we heel dankbaar voor en we beseffen maar al te goed dat het een uitzonderlijk gegeven is.’
De aanleiding voor dit interview is natuurlijk hetgeen zich gaat afspelen in Amsterdam rondom het 20-jarig bestaan. In Paradiso wordt onder de noemer ‘The Building of the Free Church’ een avond met Lingua Ignota, Alcest, Year of the Cobra, Bossk en Treha Sektori georganiseerd. Hoe is dit driedaagse evenement tot stand gekomen?
‘We wilden sowieso vanwege ons 20-jarig bestaan iets speciaals gaan doen en een beetje meer inzicht geven aan die eerdergenoemde inhoud en wat wij nu eigenlijk zijn. Dat konden we door middel van een reeks aantal grotere events, bijna festivals, op te gaan zetten. Hier in Gent hebben we er één gehad, London hebben we gehad, nu komt Amsterdam eraan, dan volgt onze thuisbasis West-Vlaanderen en dan nog één in Parijs. We proberen dat allemaal zo goed als mogelijk in te vullen, maar het is ongelooflijk en waardevol dat we de mogelijkheid hebben gekregen om het te allemaal te mogen doen.’
‘Amsterdam is hierin sowieso een bijzondere: Paradiso heeft natuurlijk heel lang gefungeerd als kerk, en als vrije kerk* gevochten tegen de gevestigde orde van haar tijd. Zonder verder hoogdravend te willen klinken vond – en vind ik – dat wij dat op onze manier ook doen en hebben gedaan. Wij leven in een tijdperk waarin het secularisme hoogtij viert en ons niet langer een kerk of een spirituele thuishaven wordt aangereikt vanuit onze cultuur, we moeten hier zelf naar op zoek gaan. Met Amenra hebben we op onze manier hetzelfde proberen te doen; we gingen in tegen de gevestigde waarde van geforceerde dogma’s en regels, en de geforceerde religie van het katholicisme dat door de kerk in de dorpen hier opgedrongen werd. Daarom is het echt heel mooi dat ‘The Building of the Free Church’ in een gebouw als Paradiso kan plaatsvinden. Dat we hierbij vrienden van ons mogen uitnodigen, waarvoor wij veel waardering hebben als mens, en ook voor hetgeen wat zij doen heel veel respect hebben, is voor ons van veel betekenis en maakt het heel bijzonder. Daarbij is het ook waardevol om in De Brakke Grond eigenlijk uit het gelimiteerde van de muziek te treden met hedendaagse dans, een tentoonstelling en diverse performances.’
*De Vrije Gemeente is een van oorsprong modern-theologische geloofsgemeenschap, die in 1877 ontstond in Amsterdam toen de broers Ph. R. en P.H. Hugenholtz uit de Nederlandse Hervormde Kerk traden en een eigen gemeente begonnen. De Vrije Gemeente geniet enige bekendheid omdat de door haar gebouwde kerk nu in gebruik is als het cultureel centrum en poppodium Paradiso. Doordat de gebroeders Hugenholtz grote nadruk legden op de vrijheid van de geloofsbeleving wensten zij zich niet aan kerkelijke dogma’s te binden, die ook de genoemde kerken nog handhaafden. De Vrije Gemeente beschouwt zich momenteel als een universeel religieus-humanistische vereniging. Zij heeft grote belangstelling voor spiritualiteit en mystiek, en zoekt hierbij haar inspiratie uitdrukkelijk ook buiten de christelijke traditie.
Daarover gesproken: vorig jaar deden jullie al de theatertour ‘This Kind of Bird Flies Backwards’ met choreografe Natalia Pieczuro, hoe is dat ooit tot stand gekomen?
‘Eigenlijk zoals er veel dingen bij ons tot stand komen; het gebeurt gewoon. Of dat nu is via een email, een gesprek na een show, iemand die je op straat tegenkomt, of een artiest waar wederzijdse appreciatie voor is: het gaat altijd om samenwerken. In het geval van Natalia vroeg ze of ze een nummer kon gebruiken in een voorstelling waar ze mee bezig was. Toen ben ik mij in haar werk gaan verdiepen en voelde er een diepere connectie mee. Toen dacht ik laat ik met haar afspreken zodat we een gesprek konden voeren en ik in haar ogen kon kijken om te zien wie zij als mens was. Vanuit daar kwam het plan om niet haar dat nummer te laten gebruiken, maar specifiek voor dat stuk muziek te gaan maken en zo is die samenwerking uiteindelijk gaan groeien. Het is ook een heel dankbaar gegeven om ineens in een andere artistieke wereld te mogen stappen en een andere taal te leren, dat is voor ons heel inspirerend allemaal.‘
Het overkomt je misschien, maar op een bepaalde manier is dan wat je doet eigenlijk ook weer een vorm van tegen de hokjesgeest van de gevestigde orde trappen.
‘Voila. Het is dat we iets universeels aanraken en hiermee mensen samen kunnen brengen die in de eerste instantie niet van elkaar verwachten een connectie te hebben. In de culturele centra en theaters waar we een dansvoorstelling hebben of een akoestische show met Amenra doen, zit dan bijvoorbeeld een 65-jarige gepensioneerde boekhoudster naast een metalhead, en een student of iets dergelijks. Die zitten daar dan met eenzelfde soort doel. Hun hart is met elkaar verbonden op dat moment, zonder dat ze dat eerder konden beseffen als ze elkaar kruisten op straat bijvoorbeeld. Ik vind dat heel magisch, en mooi vooral ook dat we hier aan kunnen bijdragen.‘
Een andere naam die opvalt op het affiche, en waar het afgelopen jaar nogal wat om te doen is geweest met haar album en shows, is Lingua Ignota. Hoe hebben jullie haar naar Amsterdam kunnen halen?
‘Dat is inmiddels een goede vriendin van ons. We hebben haar ooit ontmoet in Finland tijdens een tour en we wisten toen wel dat er wat fuss om haar persoon was, maar meestal hebben wij wel een aversie voor een hype of zo, dus neem je eigenlijk een meer afwachtende houding aan. We hebben toen samen gespeeld tijdens haar eerste Europese show in Helsinki en hadden toen gepland om haar mee te nemen op tour. In zekere zin ook om te kijken wie er achter deze persoon schuilde en hoe oprecht het was. We hebben toen kennis gemaakt en het was heel eerlijk en oprecht, en hebben vervolgens een kleine tour door Duitsland gedaan waar zij voor ons opende en we kwamen erachter dat ze heel veel overlap heeft met hetgeen wat wij doen; ze vertelt een oprecht verhaal vanuit een zekere noodzaak. Een voorbeeld is dat ze een show had die naar haar gevoel in het geheel niet was wat het zijn moest en daarvan helemaal kapot was. Je zag hierin hoe ze zichzelf had teleurgesteld en welk belang ze hechtte aan haar moment op dat podium.
Ik herkende hierin dezelfde mate van zelfkritiek die wij ook ervaren en je waardeloos voelen na een voor je gevoel ‘slechte’ show. Iets wat waar het publiek vaak nog geeneens wat van heeft gemerkt, maar dat een gevoel van falen en niet goed genoeg te zijn geweest je compleet beheerst. Daar viel ten opzichte van haar bij mij het muntje en dacht ik ‘shit, dit is echt’. Daarnaast is ze een innoverende musicus die een breed spectrum van emoties bewandelt. In haar muziek schreeuwt eenzelfde soort kracht als die in Amenra zit, die ons bijna onoverwinnelijk maakt, en tegelijkertijd ook het extreem kwetsbare en breekbare dat wij ook hebben. We zijn niet vol van onszelf, of zeker van onszelf en we vinden niet dat we de interessantste mensen op deze aarde zijn bij wijze van spreken, en zij draagt datzelfde in zich. Het is denk ik voor het eerst in tien jaar dat muziek zo mijn aandacht trok en mij bij de les hield en raakte.’
Mijn buurman zei wel eens tegen mij ‘soms is de ziekte dragen beter dan de genezing’. Zit er in die zin ook meer oprechte waarde in het gegeven ‘gedeelde smart is halve smart’?
‘Zeker. Je draagt elkaars lijden op een bepaalde manier. En als je een connectie hebt met een mede-artiest of kunstenaar dan kun je elkaar juist versterken in bijvoorbeeld artistiek opzicht, maar ook als mens. In haar geval wordt een verhaal breder verteld en zij is in ieder geval een artiest die nogal wat teweeg gaat brengen de komende tijd en evenals wij het volledig doet op haar eigen manier en zich niet laat leiden door anderen.
‘Hetzelfde geldt voor Broeder Dieleman, die ook muziek maakt die intrinsiek en oprecht vanuit een goede plaats in hart komt.’
Die ook niet het meest gemakkelijke pad bewandelt als je het hebt over het zingen in het Zeeuw-Vlaams bijvoorbeeld en zijn eigen weg kiest en toch het vermogen heeft om boven het maaiveld uit te steken.
‘Met Broeder Dieleman is het in mijn opinie zelfs zo dat wanneer je Tonnie op een podium in Berlijn zou laten spelen mensen alsnog gaan snappen wat hij doet, ondanks dat ze niet dezelfde letterlijke taal spreken. Gevoelsmatig weet je welke boodschap hij uitdraagt, en dat vind ik ongelooflijk intrigerend en heel mooi. Bepaalde nummers van hem heb ik naar alle waarschijnlijkheid wel een miljoen keer gedraaid en ik ben er echt ongelooflijk blij mee dat we dit soort mensen op het programma staan. Het zijn stuk voor stuk mensen die eigenlijk uit noodzaak muziek maken en geen compromissen sluiten. Tonnie zou bij wijze van spreken in het Engels kunnen gaan zingen en zijn markt vergroten, maar daar gaat het dus niet om. Het blijft oprecht, zijn verhaal en op de manier dat hij voorbestemd is om het te doen. Daar heb ik enorm veel respect voor.’
Om dan af te sluiten zoals we begonnen zijn, namelijk met een klote vraag: is er nog iets dat je per se kwijt wil?
‘Nee, dat is geen klote vraag hoor, maar wel een moeilijke. Het was mijn ei kwijt te kunnen door muziek. Ik hoop dat mensen bereid zijn om in dit avontuur met ons te stappen en gebeten zijn door een zekere nieuwsgierigheid om wat er gaat plaatsvinden in Amsterdam te ondervinden. En dat ze in het ongewisse durven te stappen om te proberen te proeven wat er leeft in de wereld. Dat ze los van genre en muziekstijl zonder oogkleppen de wereld durven in te duiken.’
Einde, en tot Amenra.
Met tot slot mijn persoonlijk grote dank aan de medewerking, hulp en/of geestelijke ondersteuning van; Colin van Eeckhout, Amenra, Ingmar Griffioen, Maaike Ronhaar, Jeroen Mylle, Maarten Kinet, NMTH, Lester Bangs, William Blake, Alan Watts, Paradiso, De Brakke Grond en U, de lezer.
“Geen tragedie, maar komedie”
Dit interview is gehouden in het kader van ‘Amenra viert twintigjarig bestaan met driedaags programma in Paradiso en De Brakke Grond’. Deel één is hier te lezen en deel twee lees je hier.
Passe-partouts voor alle programma’s zijn reeds uitverkocht, tickets voor alle afzonderlijke programma’s zijn te koop via de websites van Paradiso en de Brakke Grond. Een volledig overzicht van alle programma’s staat op deze pagina.
Nog geen reacties!
Er zijn nog geen reacties geplaatst.