Mozes kriebel, net als je denkt dat het niet trager kan komt Ahab uit de bocht. En net als je denkt dat het niet feller kan ramt BEAR je op je kaak. Na Amenra eerder deze week verdient volgens ons ook Mr. Ruffstuff een abonnement op Roadburn want op de paarden uit zijn stal is het goed wedden. Verder in het nieuws vandaag: Slomatics komen binnen als een heipaal, Cul de Sac blijkt de zaal waar het gebeurt en de chickenwings waren niet aan te slepen.
Tekst: Jurgen de Raad, Guido Segers, Ingmar Griffioen, Tim van der Steen
Foto’s: Roy Wolters, Paul Verhagen
Alle Roadburn-coverage vind je via deze link.
Laster, Cul de Sac
Als Roadburn (samen met NMTH) een band presenteert, dan willen mensen dat blijkbaar zien. Daar lijkt het wel op als zich vroeg op de middag een rij vormt voor Cul de Sac, waar Laster zichzelf laat zien. Het gemaskerde drietal zit al snel in de hoogste versnelling om hun authentieke geluid ten gehore te brengen. De traditionele black metal elementen zijn daarin aanwezig, maar er zit een flow in het geluid van de Utrechters. Een subtiele beweging als een beheerste dans door de vurigheid van het ritme heen.
Laster live horen is als Cluedo spelen op een Venetiaans carnaval; afstotend en verleidelijk, vol van intrige en mysterie. Toch blijft het turbulente geluid toegankelijk dankzij een pop sensibiliteit in het gitaarspel. Prettig in het gehoor, maar rap weer verdwenen in het volgende gitaargeweld. Ook volgt er kort saxofoonspel, wat dat gevoel verder versterkt. Johan van Hattum (Terzij De Horde) zingt ook een stukje mee vandaag en danst sensueel op het podium, even later ook met het publiek. Daarmee vat hij even de sluimerende kracht van Laster om je te laten bewegen op hun bijzonder pakkende muziek. Als je zo de dag mag starten, dan moet het een mooie worden. (GS)
Misþyrming, Cul de Sac
Waarom was er nu zo’n groot gat in de planning van Cul de Sac na Laster? Het gonsde al even rond, maar vroeg op de dag werd het bekend gemaakt: Misþyrming doet een speciale show! De IJslandse black metal band was ook gewoon aanwezig, want ⅘ van Naðra vormt Misþyrming. In een afgeladen café weet het viertal binnen enkele minuten duidelijk te maken dat dit één van de beste bands is in het genre op dit moment. In bloed-doordrenkte shirts staan de heren op het podium, de scheidslijn tussen publiek en band vervaagt in de maalstroom van muziek.
Met een woeste armbeweging en de ogen vol vuur eist zanger Dagur Gonzales de attentie, maar hij niet alleen. Het wilde, intense geluid geeft je geen uitweg en dwingt die aandacht af. In de salvo’s riffs zitten melodielijnen verborgen die beelden oproepen van uitgestrekte, barre landschappen. Een ijzersterke ritmesectie houdt het tempo en de energie hoog, maar het is de vurige performance en de passie van de muzikanten die Misþyrming onderscheid. De heren werken zich enorm in het zweet om dit optreden memorabel te maken. Alle woede en frustratie wordt in de muziek gepompt om dat primitieve, furieuze geluid te creëren. Misþyrming is als een verzengende vlammenzee vandaag. In nog geen uur wordt één van de krachtigste shows van deze Roadburn neergezet. (GS)
Razors In The Night, Het Patronaat
Razors in the Night is niet opgericht om een ijzersterke, bloedserieuze set neer te zetten. Sterker nog, het lijkt af en toe even alsof live nummers uitgevonden moeten worden door de band met John Baizley, Peter Adams (Baroness), Marek Sarba (Insuiciety) en Scott Kelly (Neurosis). Op gitaar spotten we ook nog Marc Emmerik, de Amsterdamse hardcore punk-legende van Vitamin X. Het is een gelegenheid om deze helden een keer in ontspannen setting te zien genieten van een reeks puike punkklassiekers. Baizley heeft de hele show een lach op zijn gezicht, terwijl nummers als ‘Search & Destroy’ van Iggy & The Stooges vertolkt worden.
De taak van zingen wordt afgewisseld tussen Adams en Kelly, maar halverwege de set gaat Sarba met gitaar achter de microfoon staan en neemt Baizley de drumkruk over. Misfits covers als ‘Skulls’ en ‘Angelfuck’ doen het goed bij het publiek, dat ook ontspannen geniet van wat de band te bieden heeft. Misschien wel het meest pretentieloze optreden van heel Roadburn 2017, sowieso één van de leukste.(GS)
Oranssi Pazuzu, Main Stage
Op een schaduwrijk en atmosferisch verlicht podium – aangevuld met geweldige lasers -, vouwt Oranssi Pazuzu zijn klanken uit. Indrukwekkende gitaarpracht bouwt samen met de grimmige strot van zanger/gitarist Jun-His een groots sfeerbeeld op. Kraut-rock bezwering pakt je stevig beet en daalt fraai gelaagd met een black-metaldeken op je neer. Lange synthtonen omarmen in grote schoonheid de zwierende gitaren. Psych- en post-rock-sfeergoed kleuren het plaatje verder in. Al dit fraais heeft die typerende rituele aanpak van de Finnen, met hypnotiserende repetitieve elementen binnen de gelaagdheid. Een trance die in veel nummers gedragen wordt door herhalende drumpatronen (zoals het later vandaag spelende Aluk Todolo dat ook doet). Kolkende gitaarlijnen trekken je in de klanklagen mee naar een duistere dimensie, waarin de scheidslijn tussen tijd en ruimte lijkt te vervagen.
Debuutalbum ´Muukalainen Puhuu´ is deze maand opnieuw uitgebracht, evenals nieuwbakken EP Kevät/Värimyrsky. De re-release zegt ook wel iets over de nog steeds rijzende status van Oranssi Pazuzu in de (post-)black metal-wereld. Van beide platen wordt materiaal gespeeld, maar ook van het vorig jaar verschenen magistrale Värähtelijä. Oranssi Pazuzu bewijst vandaag in alle toonaarden – letterlijk dus – dat het zijn plek op het hoofdpodium heeft verdiend. Er wordt een fantastisch, meeslepend optreden neergezet. De set in Het Patronaat vorig jaar zal er op z’n minst mee zijn geëvenaard. (JdR)
Slomatics, green room
Dit trio uit Belfast doet bij de eerste noten al direct de naam eer aan. Zwaar, laag en traag met trippy visuals geprojecteerd op de backdrop. De groove komt binnen als een heipaal, ook in datzelfde tempo. Drummer Marty Harvey zingt, redelijk clean in Ozzy-stijl en onder een enorm gruizige emmer distortion en overdrive horen we ook nog wat elektronische effecten. Op plaat klinkt het allemaal soms net wat te simpel, net wat te monotoon om te boeien. Live dendert het als een sloopkogel de Green Room in. Hier in dit donkere hol kunnen we ons er veel makkelijker aan overgeven. Dit soort sludgy doom moet natuurlijk ook op vol volume. Met name de corpulente gitarist heeft er dikke lol in. Ondertussen staan wij tegen het podium aangeplakt en trillen de ballen zowat uit onze broek, wat een vette sound. En dat met twee gitaristen en een drummer, geen bassist nodig ook als de snaren zo laag gestemd zijn. Het gaat hierbij niet om zieke riffs maar om de diepe kadans, daarmee krijgen de Slomatics ook flink wat vuisten in de lucht. “Slower!” schreeuwt iemand uit het publiek tussen de nummers door, daar moeten de heren op het podium ook even smakelijk om lachen. Ze flikken het vervolgens wel overigens, en samen met het BPM zakken wij zowat door de grond. Op het slot van de set komt er nog een enorme harige beer van een vent het podium op voor gastvocalen. Het is Jon Davis van Conan, waar Slomatics al eens een split mee uitbrachten. Het is de klap op de vuurpijl. (TvdS)
Mantis, Cul de Sac
Mantis smijt fijn met hoekige riffs die naar (post)hardcore en post-rock smaken. Het instrumentale materiaal swingt er goed op los en wordt aangekleed met prikkelende gitaarloopjes. Een Korg geeft elektronische opsiering en zet regelmatig het sublaag van de Belgen extra aan. De gepresenteerde nummers ‘spelen’ avontuurlijk met hard en zacht en variëren met (meer) ingetogen en lekker opzwepend uptempo. De uptempo’s zijn hierbij het meest aanwezig. Fijn! Want de hardere toeren van de mannen zijn bijzonder aanstekelijk en zorgen voor die prettig swingende groove. De ingetogen momenten laten aanvullend een tikje dramatiek doorvloeien.
Mantis is onweerstaanbaar in de rockende stukken met tomeloze energie en een positieve feel. Wat in de stijl van And So I Watch You From Afar: quasi hardcore en post-rock, maar dan minder zachtaardig. Leuk ook dat je regelmatig verrassend op het verkeerde been wordt gezet door de afrondingen van tracks; soms abrupt maar dan wel weer op een manier die klopt. Knallende show zeg, van deze Vlamingen. (JdR)
Ahab, Green Room
Vooraf mag gesteld worden dat Ahab echt een band is voor fijnproevers. De Duitsers spelen vandaag ‘The Call Of The Wretched Sea’ integraal. Hun eerste langspeler uit 2006 en een belangrijke plaat binnen het funeral doom genre. Ahab speelt de gehele set waarschijnlijk evenveel noten als een gemiddeld popliedje. De naam zegt het al, duister en enorm traag. Echt een genre voor mensen met een lange adem, ook iets waar de setting voor moet kloppen. In dit geval zijn we daarover nog verdeeld. Ruim een kwartier voor aanvang staan we als haringen in een ton te wachten tot Ahab aftrapt, gevangen tussen een paar gigantische kerels en geen millimeter bewegingsruimte. Na enkele esoterische klanken wordt de eerste trage beat ingezet, slow and steady wins the race, met op vocalen een gutteral death growl. Gelaagd komt het gedonder op met rollende drums, een steady baslijn en wat ijlere gitaarpartij. Goed hoor, vette sound ook maar zo samengeplet in het publiek is het lastig inkomen.
De sfeer is behoorlijk kil, eerder desolaat dan dreigend. Na een klein half uur heeft Ahab het vuur gevonden, de traag stampende groove zwelt aan tot een naargeestige funeral march. Ook van de snaren nu iets meer spierballen en geweld van de dubbele basdrums. Het duistere gegrom komt nu ook tot wasdom, juist door de bijna verstilde stukken van eerder. Rond negen uur is het publiek wat uitgedund maar wie er staat geniet, Ahab is definitief op stoom. Er is inmiddels zelfs ruimte om naar achteren te lopen voor een biertje, onderweg stoot ik per ongeluk wat mensen uit hun concentratie (sorry daarvoor). Wel een blijk van de trance die dit soort bands kunnen opwekken voor wie zich daarvoor openstelt. Terwijl ik mij dit aan de bar realiseer gebeurt mij precies hetzelfde. (TvdS)
Slow Crush, Cul de Sac
Slow Crush is niet zozeer een buitenbeentje op Roadburn, maar wel een uitschieter in het Ruffstuff-programma op de NMTH stage, dat toch doorgaans alles van de trommelvliezen tot de broekspijpen doet wapperen. Deze shoegaze gaat van dreampop tot noise en contrasteert fijn met de stoner, sludge en allerlei metal van vandaag. Ze doen het goed hoor, bedenk wel even dat deze Gentse band enkel een single uit heeft. Debuut-EP ‘Ease’ volgt 18 mei op White Russian Records. En bedenk ook dat het viertal pas twee optredens onder de riem heeft. Toch zijn ze hier al op hun plek, de leden hebben ook al wat ervaring met pittiger gitaarwerk overigens. Vandaag krijgt zelfs de prachtig meeslepende single Dizzy een extra straffe noisy uitvoering. Frontvrouw Isa Holliday acteert nog wat bleu of onwennig, het is in ieder geval nog iets te vroeg om het nonchalant cool te spelen à la Kim Deal. Maar met de show zal de zelfverzekerdheid ongetwijfeld groeien en haar stem is helemaal de shit voor dit genre. We zwijmelen zo het optreden door in de Cul. Wel zonde dat de stem net te ver weg zit in de mix. Extra pluimen voor het gevarieerde gehalte van deze set en de goed noisy finale maakt het allerprettigst af. (IG)
Trans Am, Het Patronaat
Na de zinderende show gisteren van Perturbator in Het Patronaat kunnen de voetjes daar vanavond wederom van de vloer. De Amerikanen van Trans Am brengen namelijk een beweeglijke mix van aardig eighties aandoende electro en puntige rock. Aangevuld met wave en post-punk heeft het drietal een prettig recalcitrante sound. Vooral snijdende synths en vocoder-zangvervorming zijn de lekkere versterkers van die jaren tachtig atmosfeer. Aan de Trans Am-smeltkroes wordt af en toe zelfs Kraftwerk-achtige seventies electro toegevoegd.
Bandlid Nathan Means kondigt met trots aan dat vandaag de nieuwe plaat ‘California Hotel’ uitkomt, dat als albumtitel lijkt te knipogen naar ‘Hotel California’ van The Eagles. Het trio besteedt vanavond dan ook aandacht aan de kersverse langspeler; nummers daarvan passeren de revue en lopen over van swingende zonnige luchtigheid. Trans Am munt uit in het hyper-aanstekelijke, dansbare muzikale geavontuur. Daarbij laat het in zijn veelzijdigheid overtuigend horen en zien dat het ook stevig en zwaar kan rocken. (JdR)
Aluk Todolo, Green Room
De aankleding op het podium is treffend voor de instrumentale Kraut / black-rock van deze Fransen: een soort olielamp is de enige lichtbron op het podium zelf. Wat het drietal vanavond uit de hoed tovert is een indringende trippy séance die zijn weerga niet kent. Door hypnotiserend repetitieve ritmiek en ijzig koude gitaar-spanwijdtes beland je bijna in een catatonische staat. Donker als de nacht wordt het begin van dit jaar uitgekomen album ‘Voix’ integraal over je uitgestort. De formatie zelf noemt het occult rock, het leidt je naar een dreigende, transcendentale atmosfeer. Deze hangt aan één kant in occulte black metal en aan de andere in enorm bedwelmende Kraut. De Fransen creëren met hun indringende mix een hogere spiritualiteit, die je bijna ongemerkt doet verdwijnen in de rituele klanken. Met psychedelische improvisatie voert Aluk Todolo je door gruizige, noisy black metal. De Fransen stapelen daarbij subtiel en met een sonische gelaagdheid om u tegen te zeggen. Gevaarlijk onvoorspelbaar en erg raak, binnen een ogenschijnlijk minimaal opgezet stramien dat door de compositie heenloopt. Aluk Todolo brengt totale vervoering, het moge duidelijk zijn. Hun occulte mis slaagt met vlag en wimpel. (JdR)
BEAR, Cul de Sac
BEAR gaat nog even proberen om over de mayhem van Disfear heen te gaan en eerlijk: na een paar ziedende minuten zijn ze al een heel eind op weg en schreeuwen we “Putting the fuck yeah back in djent!” Binnen één nummer hebben we hun slogan ‘We put the dent back in djent’ dus maar effekes omgedoopt. Want wat blazen de Antwerpenaren die mathmetal door de kuil heen, omhoog en zo de Cul de Sac uit. Hun credo ‘Don’t keep calm and wreck things’ behoeft dan weer weinig aanscherping. Nadat we al meerdere nummers van ontzag de wangen bollen en in ‘wat de neuk’ pufjes uitblazen, elkaar van ongeloof op de schouders slaan en de pupillen ongezond opzwellen, blijkt het toch bij iedere song weer bruter en sneller te kunnen. Frontbruller Maarten Albrechts heeft nog wat extra trucjes in de mouw voor het publiek: of we even allemaal drie vingers in de lucht kunnen steken en zwaaien, maar de ‘bear claw’ move wordt niet helemaal begrepen door de bezoekers. Wat ze wel snappen:
1. Dat deze show AAN is.
2. Dat het onwaarschijnlijk is dat het hier meer aan zal gaan.
3. Dat het na minutenlang haarslaan tijd is om door de pit te beuken met de vuist in de lucht.
Dat verstaat gitarist Leander Tsjakalov ook en na wat serieus gitaarslaan vanaf de bar gaat hij op handen door de Cul. Hoewel organisator Jan de Bie tegen NMTH beweerde dat de groep geleerd heeft van het trashen van shows… blijkt dat toch niet op te gaan voor deze gig. Bassist Dries Verhaert is er helemaal klaar mee, keilt zijn instrument in het drumstel van Serch Carriere en beukt zo het publiek in. Eerder was de drumkit nog sterk genoeg om een sprong van Tsjakalov en Verhaert te dragen, maar nu stort die toch ineen. En in een totale manie gaat alles eraan, toms en bekkens eindigen vooraan en voor het podium en de leden zijn al even niet meer van het dolgedraaide publiek te onderscheiden. Voor de mensen die het recente album /// te straf vinden voor de huiskamer: ga een optreden van het viertal zien en je bent overtuigd. Quelle finale van die RuffStuff-showcase. Een redacteur kende BEAR al van een gig op Amsterdam Metal Fest en single Mask draaiden we ook al voor de Roadburn-boeking, toch had weinig ons kunnen voorbereiden op deze mayhem. Wederom moeten we concluderen dat Jan ‘Debbie’ vijf zwaar goede bands uit die stal heeft weten te trekken. Een lovenswaardige prestatie en voor Hedonist, Mantis, Slow Crush, LOTUS en BEAR geldt dat we hopen op een spoedig weerzien op de Nederlandse podia. (IG)
Alle Roadburn-coverage vind je via deze link.
Nog geen reacties!
Er zijn nog geen reacties geplaatst.