Vaker weet je in het oerwoud van promo’s, persberichten en allerhande mails met betrekking tot muziek niet waar je het zoeken moet, en zijn het vaak degenen die het ritme verstoren die dan opvallen. De band MARCH uit Breda is er voor mij zo een gebleken, goddank.
Door Steven Gröniger
Ik herinner het mij nog goed: het was een week of twee geleden, na afloop van het (werkelijk fenomenale) concert van Iggy Pop in de Bijmerbierbak. In al mijn euforie, zonder verdere pretenties, besloot ik om een voor dat moment goed shot – dat ik met een flinke dosis kopstorm, en hevig onder invloed van de diverse biertjes – met mijn telefoon had genomen, te posten op Instagram. Met een welgemeend “Kolere” en diverse hastags vond ik dat ik de avond wel vrij goed had samengevat; het was een toffe avond waar je gewoon niet teveel woorden aan vuil moet maken, anders dan met een welgemeende krachtterm. Daar werden de eerste zaden voor deze verdere recensie geplant. Met de simpele, maar zeer effectieve reactie “Echt he?” op die post door iemand die mij niet volgde (ik ken mijn weinige volgers…), werd mijn aandacht en nieuwsgierigheid naar muziek van vaderlandse bodem gelokt. Het bleek te gaan om een lid van MARCH, een band uit Breda.
Hoewel er op dat moment niet direct een kwartje viel, besloot ik de Facebook-pagina een like te geven en verscheen er een week later prompt een videoclip rondom de track Illusive Paradise in mijn timeline. Aangezien ik zelf nógal gevoelig ben voor zang met een duidelijk geleefde rauwe rand zoals de Mark Lanagan’s, Brian Fallon’s, Chuck Ragan’s, en de in dit geval toepasselijkere, Courtney Love’s en tot op zekere hoogte Brody Dalle’s van deze wereld, besloot ik de clip direct in de ‘NMTH Whatsapp-groep’ te dumpen. Resultaat: positieve reacties en de opmerking dat de band een debuutalbum aanstaande heeft op het White Russian Records Label… Zo durfde en moest ik deze plaat wel gaan tackelen. Ervaring van het ondergaan is koning in een paradijs van kortzichtigheid. Ja, die zin slaat misschien dan wel nergens op, maar het klinkt wel diep. Inmiddels zit ik op bijna 500 woorden en heb eigenlijk nog niets over de daadwerkelijke plaat gezegd, dus daar gaan we.
MARCH dus, een band opgericht in Breda in het jaar des heren 2013. Begonnen in de traditionele power-trio bezetting brachten ze in 2014 de EP ‘In The Air’ uit, wat al voor wat tractie op diverse podia zorgde. Met even later de toevoeging van een tweede gitarist treffen we nu Fleur van Zuilen op zang en gitaar, Erik van Haaren op gitaar en Thomas Frankhuijzen achter de ketels en Bram Bergs op de basgitaar. Op drie juni verschijnt de eerste langspeler ‘Stay Put’ op het befaamde Nederlandse label White Russian records, een dag eerder vindt er een releaseshow plaats in (de NMTH Roadburn homebase-stage) Cul De Sac in Tilburg.
Eigenlijk is het album vanaf opener ‘Head Shears’ heel kort en krachtig gezegd: ‘hard gaan op een fijn stuk onvervalste punkrock’. Ik heb lang gedacht dat binnen dit genre mij niet veel meer zou kunnen verrassen, gezien de verzadiging, maar dit is toch wel heel erg goed gedaan hoor. Ik zal niet vervallen in onzinnige cliché aanduidingen als ‘on-Nederlands goed’, maar met herkenbare structuren, frisse arrangementen en teksten die de status quo gevat een spiegel voor houden, is het buitengewoon leuk om lekker chauvinistisch over te doen. De productie doet hierbij ook sympathiek veel. Als geheel doet de plaat dus nergens onder voor zijn Amerikaanse geestverwanten.
Nogmaals, het is geen baanbrekend album, maar o zo fucking lekker gedaan, en het is ook niet waar de liefhebber van dit genre naar verlangt. Het gaat om pure energie als brandstof. Alleen die vocalen zouden het voor mij a capella al doen. Maar dat komt omdat, zoals gezegd, ikzelf nogal fan ben van zang met een kenmerkende rauwe rand. De tracks Hit & Miss en Dead Night zijn voor mij persoonlijk echt nummers die de godsganse tijd op repeat staan, echt tot op het mafkees ziekelijke aan toe. Met name vanwege de oorworm van hooks en dito zanglijnen. Hierdoor kon ik gewoon niets anders dan de tracks zelfs op de meest onchristelijke tijden te draaien. Als een soort van neurotische junk die zichzelf probeert gerust te stellen met de gedachte: ‘luister nog maar één keer, daarna is alles weer ok’.
In een land waarin de rock – gelukkig voor de liefhebbers – weer aan brede aandacht en adoratie wint, is het vooral fijn om te merken dat dit met name komt door de kwaliteit van de muziek die de laatste jaren weet door te dringen. De belofte die bands nu op een volwassen manier blijken in te lossen stemt een puur rockhart tot melancholische rust en minder zorgelijk voor de jaren die komen gaan. Je zou door het aanklampen aan het succes van bijvoorbeeld John Coffey bijna vergeten hoeveel toffe bands er in ons landje rondlopen, die met zichtbaar gemak de internationale podia bereiken. Of, mooier nog; dat we die bands gebaseerd op die kwaliteit steeds meer de zeer verdiende erkenning geven. Het geeft de burger moed. Fucking hell muziekbroeders en -zusters, het is een mooie tijd voor rechtgeaarde RAWK. Nu de zalen nog en dus: Manifest erbij!
Dat geldt zeker ook voor MARCH, de aanleiding voor al dit enthousiasme. We mogen wel concluderen dat we met Stay Put een plaat in handen hebben die bij iedere ongegeneerde punkrock-liefhebber in zijn platenkast mag staan. Al was het maar als onderzetter… Stay Put van March komt 3 juni uit op White Russian Records. Bestel die plaat op Bandcamp, waar je ook de vorige single Stand In Line hoort:
Live:
27 mei De Bakkerij, Castricum
28 mei JC de Dukdalf, Wieringerwerf
2 juni Cul de Sac, Tilburg
3 juni Boothill Saloon, Amersfoort
7 juni Dynamo, Eindhoven
17 juni La Strada, Goes
3 september Pannenfeest, Oude-Tonge
september Breda Barst Festival
Nog geen reacties!
Er zijn nog geen reacties geplaatst.