Black Mountain IV

Na dik vijf jaar verschijnt op 1 april Black Mountains vierde volledige studioplaat, simpelweg IV genoemd. Door voornamelijk drukke verwikkelingen van meerdere bandleden in andere bands – onder andere Pink Mountaintops, Lightning Dust en Kodiak Deathbeds – heeft het allemaal langer geduurd. Black Mountain zette met hun gelijknamige album in 2005 een zekere standaard neer binnen de psychedelische rock. De Canadezen gaven ermee een nieuwe draai aan het genre. Het album had een dusdanige impact dat een groot aantal psychedelische bands in hun kielzog volgden. Vorig jaar werd de betreffende langspeler daarom ook niet zonder reden weer uitgebracht. Ditmaal in een uitgebreide en feestelijke versie, opgeleukt met extra tracks.

Door Jurgen de Raad

De band uit Vancouver heeft – met het verschijnen van hun platen – alleen maar meer een eigen niche in de rock-scene weten te creëren. Naast de hoorbare invloeden van grote namen als Led Zeppelin, Pink Floyd en Velvet Underground, peurt het collectief op geraffineerde wijze uit het brede scala van acid rock/psychedelica, prog, folk en blues. Het maakt Black Mountain misschien niet meteen tot een eenvoudig te plaatsen band, hetgeen juist ook vaak weer interessant is. Hoe deviant wil je het hebben, zullen we maar zeggen.

IV is zonder meer een vrij ambitieus klinkend album geworden. Een kruisbestuiving van de doorgevoerde psychedelische diepgang van In The Future (2008) en de meer compacte songstructuren van voorganger Wilderness Heart (2010). Daar komt als extra bij dat het materiaal op IV overwegend een opvallend, groots symfonisch karakter heeft meegekregen. De synthesizerklanken van toetsenist Jeremy Schmidt zijn – in vergelijking met voorgaand werk – vooral meer aanwezig. De synths hebben gelukkig niets aan authenticiteit ingeboet, het prettige retro-gehalte van Black Mountain komt er niet mee in het gedrang.

De nieuwe plaat rockt niet alleen. De band presteert het door op een fraaie en natuurlijk aanvoelende manier zijn rock soms te temperen met meer nadrukkelijke symfonische ingrediënten. De vaak aan Kraftwerk en Tangerine Dream refererende elektronische klankpatronen geven IV ruimte en diepgang mee. En dan is er nog de betoverende zang van Amber Webber. Zij brengt dit album misschien wel definitief naar een hoger gelegen plan. De zangeres is prominenter te horen en is in sfeerbeeld en (emotionele) lading nog bepalender dan voorheen.

Opener ‘Mothers of the Sun’ is eigenlijk gelijk raak; een dreigende synth pulse geselt je aandacht, bijgevallen door een basale en lekker fuzzy klinkende riff van gitarist/zanger Stephen McBean. Zijn zang beweegt zich vervolgens prachtig om die van Webber heen. Samen met breed uitgemeten synthpartijen geeft hun zang een duidelijk visitekaartje af voor de rest van de plaat. Een mystieke zweem valt over je heen en vormt de aanvang van een boeiende reis.

De (adem)ruimtes in het songmateriaal op IV zijn uitgekiend aangebracht. Evenals bij voorgaand plaatwerk is die kunde opnieuw een bovenmatig sterke troef van de band. Hoewel de meer typische rockpassages natuurlijk nooit ver weg zijn, stopt Black Mountain daarmee op een toch volstrekt eigen manier een intrigerende lading in de nummers. De ruimtes zijn sfeerrijk doordat ze opgetuigd zijn met veel fraaie melodieën. Iets waar het – toegegeven – bij menig rockband anno nu nog weleens aan ontbreekt. ‘Defector’, ‘Constellations’ en ‘You Can Dream’ getuigen van uitzwermende en lekker inpalmende melodielijnen. Solo- en harmoniezang – in zeggingskracht regelmatig verhoogt met subtiele galm – vormen er indrukwekkende samenvloeisels met meer dan eens episch aandoend gitaar- en synthesizerspel.

Door Amber Webbers aanwezigheid in Black Mountain heeft de formatie op vocaal terrein misschien ook een streep voor op veel andere bands. Wat kan die dame toch zingen, zeg… Op IV glorieert ze glansrijk. Haar zang bezweert, is dreigend dan wel angstaanjagend, maar kan evengoed sereen en gevoelig zijn. Ze zadelt je op met een gevoel van eenzaamheid in ‘Line Them All Up’. Zonder ook maar enige veinzing klinkt Webber hier prachtig breekbaar. Een dot van een nummer, met de nodige kippenvelmomenten, inclusief sfeervol akoestisch gitaarwerk en meeslepend middenstuk.

Black Mountain toont verder een doorgezette veelzijdigheid aan in ‘Cemetery Breeding’ en ‘Crucify Me’. Nummers met een poppy inslag, door respectievelijk een herkenbare toetsenriedel en een wat pompeuze maar binnen de kaders opererende ballad. Jazeker, ‘Crucify Me’ kent lichte trekken van een popballad. Zo eentje zoals die in de jaren tachtig het levenslicht zag. Een track over opoffering en volharding, en dan wel op zijn Black Mountains. Dus zonder dat er wordt doorgeschoten in overdreven sentimenten.

In het laatste deel van het album tilt ‘(Over and Over) The Chain’ de symfonische ambiance nog verder omhoog. In een verslingerende trip culmineren avontuurlijke synths en uitgerekte gitaarlijnen. En – wederom niet op de laatste plaats – vinden de vocalen van Webber en McBean elkaar in een sterke harmonie. Hun zang voelt in dit nummer aan als een bedwelmend mantra.

De tweede single van IV kwam ook via een clip uit: Florian Saucer Attack

Het evenzo weelderig trippende ‘Space to Bakersfield’ is het eindpunt van IV en Black Mountain besluit ermee een album dat met vlag en wimpel slaagt. IV is enerverend van begin tot eind; een pot spannende, gelaagde rock – “interstellair” de ruimte zoekend – waarbij op een knappe manier het concept van nummers met kop en staart in de gaten is gehouden. Black Mountain is weer helemaal terug. Het succesverhaal kan worden vervolgd.

IV komt op vrijdag 1 april uit via Jagjaguwar. De band begint op 19 maart aan een Europese tour. De Canadezen spelen woensdag 13 april in Brussel, in de Botanique. Tijdens Roadburn zal op 14 april in Tilburg het hoofdpodium van 013 worden beklommen en een dag later staat de band in de Amsterdamse Melkweg (Oude Zaal).

Nog even geduld tot IV uit is dus. Tot die tijd hebben we de Roadburn 2011 opname voor je:



Deel dit artikel