Of Ronda er zin in heeft? Oorverdovend applaus alleen al wanneer het licht uitgaat voor de show van Mastodon. Mooi: de dj draait High On Fire voor aanvang, die geweldige band rond Matt Pike (Sleep). De leden van Mastodon ontmoetten elkaar schijnbaar rond de milleniumwisseling in Atlanta tijdens een show van High On fire, sindsdien is Mastodon uitgegroeid tot een band die zijn naam waardig is. De nieuwe plaat schurkt nog harder tegen de prog aan dan de vorige, maar op Emperor of Sand is wel weer meer agressie te horen dan op Once More ‘Round The Sun. Awel, in de Ronda komt vanavond veel samen, opgehitst door Steak Number Eight, het beste sludge-paard van België.
Tekst: Tim van der Steeen / foto’s: Paul Verhagen
MASTODON
Dat Mastodon muzikaal vaak dik in orde is valt wel af te lezen aan hoe groot die band geworden is de afgelopen vijftien jaar. Wie ze vaker live heeft gezien weet ook: het is erop of eronder. Dan gaat het eigenlijk alleen over de zang, die wil er nog wel eens naast zitten als het clean moet en laat dat nu net de weg zijn die de mannen uit Atlanta zijn ingeslagen. Emperor of Sand is alweer de zevende langspeler uit kamp Mastodon en gaandeweg is het geluid steeds verder van sludge naar prog geschoven. Daar hebben ze vanavond weinig last van, want de ervaring spreekt.
Frontman-bassist Troy Sanders staat het publiek op te fokken in het midden van het grote podium van de Ronda, geflankeerd door gitaristen Brent Hinds en Bill Kelliher. De band droeg eerder al albums op aan overleden dierbaren, zo ook met Emperor of Sand. Dat zand staat voor de vergankelijkheid en het verstrijken van de tijd, Kelliher verloor tijdens het schrijven van deze plaat zijn moeder aan kanker. Dat proces is in Emperor vereeuwigd en klapt vanavond hard de Ronda in.
Opener Sultan’s Curse staat als een huis. Muzikaal tenminste, op zang zal Mastodon nooit de bovenste regionen bereiken. Enkele signalen van frontman en bassist Troy Sanders (met zijn wilde baard en haardos) richting de soundbooth zorgen er wel voor dat het geluid van de vocalen coherenter wordt. Belangrijk, want daar leunen de laatste platen sterk op. In de muur van geluid zal het niet verstaanbaar worden maar gelukkig wel op toon. In de eerste drie nummers wordt al wel direct duidelijk wat voor fabelhafte muzikanten het zijn. Notenwatervallen vanaf de fretten en het regent fills vanaf de drums.
De mannen hebben wel zichtbaar plezier tijdens het spelen, dat komt in de Ronda ook prima over. Achterin hoor je de vocalen nog minder goed, maar toch heb je in deze zaal altijd het idee dat je dicht bij het podium staat. Ancient Kingdom van de nieuwe plaat komt live vervolgens een stuk feller uit de verf dan verwacht, ook de vocale harmonieën en prog-invloeden blijven overeind. En dat is knap, zeker aangezien drie van de vier leden leadpartijen zingen. Gitarist Bill Kelliher heeft weinig tekst, maar doet ook zeker een ruige duit in het zakje. De andere drie hebben een heel kenmerkend eigen zanggeluid, dat veel wordt afgewisseld. Ook knap hoe er in zulke dichtgesmeerde muziek nog zo veel dynamiek zit.
Het valt wel op dat eigenlijk alleen Sanders van zijn plek komt als hij niet zingt. De rest blijft redelijk stoïcijns op hun plek riffs vlammen. Inmiddels is het wel tijd voor een ‘hitje’ dus.. krijgen we ook in de vorm van Black Tongue. Mastodon is van vlijmscherpe sludgeband geëvolueerd tot keiharde progband met sludge-invloeden en schaamt zich daar niet voor. Nergens voor nodig ook, want de songwriting is spot-on. Het mag dinsdagavond zijn, het publiek is om en dat weet de band ook. Oblivion van Crack The Skye is olie op het vuur en rondom de pit zien we de voeten van crowdsurfers door de lucht vliegen.
Daarmee is het tamme publiek in Utrecht genoeg ingepalmd voor de meest toegankelijke Mastodon-track die zij ooit schreven: de frisse boogie van Show Yourself. Weer valt op dat Mastodon vocaal nooit een topband zal zijn. Muzikaal daarentegen is het fenomenaal. Technisch valt er geen speld tussen te krijgen: fantastische riffs en één van de beste drummers in metal van dit moment. Verder is de beoogde harmonie bijzonder knap, dat dit kan werken hoor je wel op de albums. Op het podium komen de tracks ook nog eens veel feller uit de verf dan uit de speakers thuis.
Vanavond valt vooral het contrast op tussen het vlijmscherpe, krasse oude werk en het harmonieuze, proggy nieuwe. Beide gezichten van Mastodon zijn goed, al weet de muur van geluid de vocale gebreken alleen bij het oude werk te verhullen. Het is overigens vrij eenvoudig om je daar overheen te zetten als de muziek zo strak in elkaar zit. Klasse trouwens van drummer Brann Dailor die na afloop een applaus eist voor Steak Number Eight.
STEAK NUMBER EIGHT
Say whut? Inderdaad ja. We zagen ze al zegevieren op Into The Void in Leeuwarden en boekten de beste paarden uit Vlaanderen voor onze eerste editie van Doomstad. Steak Number Eight had vanavond de eer om te openen voor de sludgemastodonten. Terecht ook wel. Introvert en duister gedonder bouwt op en mondt uit in gekweld geweld. Wel op een gecontroleerde en slimme manier. De technische delen doen inderdaad denken aan vroege Mastodon, om vervolgens met een hook te komen waarvan de haren op je armen overind springen. Overgave is er, retestrak spel ook overigens.
Zeker niet constant keihard, op momenten zit er bijna een popliedje verstopt onder de indringende bak geluid. Goed verstopt, dat wel, maar de melodieuze gitaarlijnen maken het een hele interessante band om naar te luisteren. Ook interessant om te zien hoor, en dat is met name aan frontman Brent Vanneste te danken die vol enthousiasme de afgetopte Ronda staat op te ruien voor Mastodon. Dan stuitert de dikke bas weer de zaal in, overvleugeld door een ijzige scream en is het lieve weer even ver te zoeken.
Tijdens prijsnummer Return Of The Kolomon (met het hoge gepingel) gaat diezelfde frontman op de handen van het publiek staan, wild schreeuwend, gevold door een crowdsurf. Steak Number Eight kan de Ronda nu al prima hebben.
Meer foto’s van Paul Verhagen hieronder en op zijn website.
Nog geen reacties!
Er zijn nog geen reacties geplaatst.