Waar Roadburn vorig jaar onder de noemer ‘Redefining Heaviness’ vooral zijn koers leek te wijzigen, gaan we dit jaar op volle kracht vooruit in deze nieuwe richting. Het festival lijkt resoluut een keuze te maken om de heavy scene een meer diverse plek te maken, waarbij er niet langer exclusief witte mannen op het podium staan en er meer ruimte is voor muzikale experimentatie. Dat dit op enige kritiek stuit bij oudgediende burners die vooral hard gaan op gitaarmuziek is geen geheim, maar deze nieuwe aanpak levert meteen wel een van de meest uiteenlopende en spannende openingsdagen van het festival op.
Tekst: Wybren Nauta / Fotografie: Roy Wolters en Paul Verhagen
JOHN CXNNOR
Zo beginnen we het festival met de Terminatorindustrial van John Cxnnor. Onder genadeloze blast beats en synths die nog het beste te beschrijven zijn als het geluid van een donkere machinekamer in een verlaten sovjetfabriek, brengt het Deense tweetal van de broers Ketil en Rasmus Sejersen onversneden machinaal beukwerk in de lijn van Author&Punisher. Dit doen ze wel met een dikke knipoog naar de nineties waar hun plaat All My Future’s Past een soort tribute aan is. Vergezeld door vier zangers die als een soort Mortal Kombat eindbazen op het podium verschijnen, lijken ze klaar om de machine revolutie te starten met ‘I need your oxygen’. Muzikaal gaat het verder niet echt meer de diepte in, maar het feit dat de broers er zelf zoveel lol in hebben, zorgt voor een uitgelaten sfeer waarmee de eerste dag al snel op gang komt. Iets wat extra onderstreept wordt op het laatste nummer waar ze de 013 even omtoveren in de Thunderdome met wat beukende hardcorebeats.
ESBEN AND THE WITCH | BODY VOID
Bij Esben and the Witch treffen we meteen het andere uiterste van het programma. Dit Britse drietal maakt inmiddels al enige tijd spookachtige pop overspoeld met galm. Inmiddels hebben ze dit door de jaren verfijnd tot een soort etherische pracht waar ze gemakkelijk de schoonheidsprijs van de dag mee winnen. Toch neemt de honger naar wat onverfijnd beukwerk snel toe en kunnen we daarvoor gelukkig goed terecht bij Body Void. Hier piept, knarst en schuurt alles werkelijk door elkaar. De memo dat sludge metal traag hoort te zijn, hebben ze hier duidelijk niet gekregen, want ze pompen zonder problemen keiharde thrashriffs tussen een bak slopende sludge door. Met een anti-kapitalistische insteek, lijkt dit drietal niet zozeer geïnteresseerd in subtiele verandering, maar meer een totale vernietiging van het huidige systeem. Als een machine bulderen ze door en worden ze alleen even tot stoppen gebracht als de bassist alle snaren van diens gitaar los slaat. Door de lagen noise en sludge valt er bij vlagen ook nog wat subtielere gitaarlijnen te ontwaren waardoor hun set nergens eentonig wordt. Als deze stoomwals nog even door buldert, zal er wel meer sneuvelen dan alleen een paar snaren.
JULIE CHRISTMAS
De naam Julie Christmas is voor velen onlosmakelijk verbonden met Cult of Luna en hun plaat Mariner, nog steeds een van de meest indrukwekkende heavy platen van het afgelopen decennium. Nu staat ze na de gecancelde editie van 2020 wederom met voltallige band op het hoofdpodium, met opnieuw Cult of Luna’s Johannes Persson aan haar zijde op gitaar. Dat Christmas zich op geen enkele manier lijkt te beperken door genre wordt al snel duidelijk als we van een soort opzwepende metalsymfonieën naar een soort retro blues regelrecht uit de Roadhouse van Twin Peaks gaan. Constant is haar scherpe heldere stem die regelrecht door elke instrumentatie heen snijdt en tegelijkertijd wonderschoon en eindeloos intrigerend is. Ook het samenspel met Persson blijft indrukwekkend en samen brengen ze nummers die langzaam doorbranden ineens tot ontsteking. Bij elk ander festival was deze show automatisch bovenaan het lijstje beland, maar op Roadburn valt dat nooit op voorhand te zeggen. Desalniettemin een ontzagwekkende show.
CROUCH
Dat de heren van Wiegedood het eens rustiger aan wilden doen, kwam niet echt als een verrassing. Na jaren zo’n moordende aanslag over je publiek heen te storten, is het ook niet gek om het even wat rustiger aan te doen. Met hun nieuwe band Crouch gaan Levy Seynaeve en Wim Coppers samen met bassist Jasper Hollevoet de diepte in met een bak sludgey doom waar de black invloeden nog steeds goed hoorbaar zijn. De nadruk ligt ditmaal veel meer op de drums die steeds weer genadeloos uithalen met aanhoudende hihats en moordende bassen. Levy’s vocalen zijn even dreigend en onheilspellend als altijd en zorgen nog altijd voor dat wrange gevoel in je onderbuik. Als het drietal aankondigt dat hun laatste nummer een wals is, weet je al meteen dat dit je laatste dans gaat zijn regelrecht je graf in.
DEAFHEAVEN
Het is zo’n typisch feit waardoor je je ineens een stuk ouder voelt, dat Deafheavens Sunbather alweer tien jaar geleden uitgekomen is. Met hun mix van black metal, shoegaze en strakke productie zorgden ze voor een hoop controverse onder puristen. Inmiddels is die storm alweer gaan liggen en kijkt niemand meer al te raar op van dergelijke combinaties. Dan rest natuurlijk de vraag of de plaat zelf ook tien jaar sinds zijn release nog even indringend is of toch ook langzaam door de tijd wordt ingehaald. Enige twijfel hierover wordt eigenlijk meteen bij de eerste tonen van Dream House weggevaagd. Sunbather klinkt nog steeds als een warm bad dat je volledig omarmt, overweldigt en vervolgens langzaamaan verstikt met zijn intensiteit. Zeker vocalist George Clark brengt een overweldigende energie die geen enkele ademruimte overlaat. Als een dictatoriale dirigent, maant hij zijn band tot spelen en oogt hij op momenten psychopatisch professioneel om dan weer in een manische razernij uiteen te vallen. Per nummer trekken ze je steeds verder mee met ijzersterke gitaarpartijen, onmetelijke intensiteit en een warm geluid met afgemeten strakheid. Deafheaven voldoet hier niet simpelweg aan de verwachtingen, ze overtreffen ze met gemak. Het mag dan tien jaar later zijn, maar Sunbather heeft nog nooit zo goed geklonken.
THE HANGED MAN
Na zo’n intense show is een cooling down wel op zijn plaats en daarvoor kunnen we prima terecht bij The Hanged Man. Deze Zweedse psychedelische band combineert een meer retro sound met triphopachtige vocalen van een Portishead en pulserende synths a la Föllakzoid. Waar we in eerste instantie vooral even aan het bijkomen waren, zet de band hier in tussentijd een een masterclass in moderne psych neer. Met de perfecte balans van groovende ritmes, spanningsboogjes, de langzaam aanzwellende ritmes en de weelderige zang van Rebecka Rolfart, weten ze met gemak te bezweren en te ontluisteren. The Hanged Man speelt stiekem gewoon een weergaloze show en is daarmee de absolute verrassing van deze eerste dag.
THE SOFT MOON
Als afsluiter is The Soft Moon niet een typische Roadburn band, maar zoals eerder gezegd is wat een typische Roadburn band is nu juist aan verandering onderhevig. Dat zijn shows intens zijn, kan echter niemand ontkennen, dus is het juist interessant om te zien hoe Luis Vasquez hier ontvangen wordt tijdens zijn festivaldebuut. Hoewel de zaal niet afgeladen vol staat, gaat zijn mix van postpunk en duistere beats er uitstekend in aan het eind van de avond. Nieuwste plaat Exister met een meer industriële inslag wordt volledig gespeeld, en tegelijkertijd omlijst door de hits van eerdere albums als Far en It Burns. Het levert een opzwepende set op die een werkelijke aanslag vormt op de zintuigen met continu flitsende stroboscopen, pompende bassen en Vasquez’s getergde zang als leidraad door dit geheel. The Soft Moon is simpelweg een fantastische afsluiter die met een meeslepende set iedereen nog de kans geeft de laatste restjes energie van de eerste dag op te maken voordat ze zich in de nacht storten.
Nog geen reacties!
Er zijn nog geen reacties geplaatst.