Het blijft toch apart om te beseffen hoe makkelijk je zegt en denkt ‘naar MONO in Tivoli te gaan’. Terwijl het concert in de oude ‘grote zaal’ is, het juweel van het vroegere Muziekcentrum Vredenburg en het enige onderdeel wat de fusie tot TivoliVredenburg heeft overleefd. We zijn dus bij MONO in TivoliVredenburg en dat is bepaald geen straf. Vooral niet omdat de Japanners met kamerorkest aantreden en we ons al even verheugen op een ‘zitconcert’ in de, al sinds 1979 om zijn perfecte akoestiek internationaal geroemde, klassieke concertzaal.
Tekst: Ingmar Griffioen / Fotografie: Roy Wolters
Er is deze zondagavond bovendien ook echt wat te vieren. De gereputeerde post-rockgroep geeft het 25-jarig bestaan extra cachet met deze uitgebreide tournee inclusief orkest. Daarbij wordt het nieuwe album OATH, dat in juni uitkwam via Pelagic Records, integraal gespeeld. Nu ja, orkest… De titel ’25th Anniversary Orchestral Tour’ doet een enorm aantal muzikanten van divers pluimage vermoeden. Het gaat echter om een kamerensemble, bestaand uit zes leden: vier strijkers en twee blazers.
Bij binnenkomst stuiten we meteen op een bizar lange rij. Het blijkt te gaan om mensen die zich – een kwartier voor aanvang van de show – verdringen voor de merchandise. De rij loopt van de garderobe tot bijna aan de bar. Ja, deze Japanse groep is erg populair. Internationale fans hebben TivoliVredenburg ook weten te vinden. Bij het zoeken naar een zitplaats komen bezoekers in diverse talen verontschuldigend voorbij. We maken ruimte voor een groep Franse fans met handen vol elpees en merch, die net even wat beter naar de plaatsaanduiding op de kaarten heeft gekeken. Oh well, de zitplaatsen in vak F rechtsboven de band voelen geenszins als een ‘degradatie’. We kunnen bijna alles zien wat de tien muzikanten doen en het geluid lijkt ook weer de akoestische perfectie te benaderen.
We zagen de Aziatische formatie inmiddels al een keer of 6 aan het werk, onder meer op Roadburn, Into the Void en in Tivoli en de Helling en iedere keer is het raak: meegevoerd worden door de instrumentale groep. Het viertal dat zo goed kan spelen met opbouw, met spanning, ja met emoties. Dat doen ze zeker ook in de studio. Vooral het laatste deel van de discografie, die inmiddels alleen al dertien studioplaten telt, haalde diverse keren onze albumjaarlijst.
In onze zetel hebben we aanvankelijk wat moeite om erin te komen. Dat heeft vermoedelijk te maken met de wat bedaagde opbouw van de nieuwste plaat. Pas in deel 2 van het titelnummer komt er wat vaart in. ‘Oath’ is echter ‘gesandwicht’ tussen twee nummers die meer een ‘luchtig’ intro en intermezzo zijn. En zo zitten we al een klein kwartier in de set, als we na een zeer zorgvuldige opbouw halverwege nummer 4 ‘Run On’ echt goed bij de kladden gepakt worden, door de opeens accelererende band.
Maar dat orkest dan? Dat valt ons eerst helemaal niet zo op. Qua gehoor dan. Wellicht omdat we MONO ook tweemaal met (celliste) Jo Quail en haar Quartet, onder meer op Roadburn 2019, tot grote hoogte zagen stijgen. Toen was de band versterkt met een vleugel en vier strijkers en maakte het grote indruk. Vanavond doet MONO zelf de zwart-witte toetsen. De vier strijkers versterken wel het geluid, ze verdiepen de melancholische lading. Ze worden geflankeerd door twee blazers, die we aanvankelijk minder vaak horen. Het is ook wel muziek voor de meer sombere seizoenen hè. De klok is nog geen uur terug gezet of we krijgen al een herfstige hoogmis voor de kiezen.
Bassiste Tamaki Kunishi neemt na een minuut of 20 plaats achter de toetsen in haar glitterjurk. Tweede gitarist Hideki “Yoda” Suematsu zet nu de droefgeestige toon voor de volgende song, terwijl leadgitarist Takaakira “Taka” Goto een drumstok gebruikt om zijn gitaar tot extra strijkinstrument om te toveren. ‘Hear The Wind Sing’ is weer een stemmige, wat langere compositie, waarop we wederom het bijvoeglijke naamwoord ‘aanzwellend’ mogen plakken. De trombonist schuift nu zijn sfeerrijke partijtje mee, terwijl ook de trompet zich laat horen in een nummer dat nu eens niet zozeer uitbarst, maar meer gestaag tot grootse proporties uitgroeit. Orkestraal inderdaad.
Alles klinkt sowieso geweldig, zoals we in de Vredenburg-zaal wel gewend zijn. Maar voor ons gevoel missen we af en toe toch wat nuance. Vooral instrumenten die we wel zien maar niet of nauwelijks terughoren, zoals die driehoekige xylofoon die de trompettist/dirigent nu beroert. Ondertussen klinkt drummer Dahm Majuri Cipolla groots alsof ie meerdere percussionisten tot zijn beschikking heeft, maar het is toch echt Cipolla op dat ene ‘ouderwetse’ drumstel. Ok, hij mag ook nog een keer op de gong achter hem slaan. Het is zeker niet continu storend, maar zijn drumwerk zit wat te prominent in de geluidsmix. We horen na afloop nog twee bezoekers dit benoemen, dus dat ligt niet alleen aan onze positie op de rechterflank.
We stijgen nu wel bijkans op. Ogen dicht en zweven maar. Zwierig en meeslepend, en nu brengen de strijkers echt nog een diepere laag aan, kippenvel! Albumafsluiter ‘Times Goes By’ eindigt in een post-rockend crescendo van aanzienlijk formaat. Zo pakt MONO nog even de wow-factor. Daarmee zijn om 21.15 uur de albumtracks wel op. Wat nu?
Tijd voor een plichtmatige aftocht en gelukkig een snelle terugkeer voor de verwachte toegift. Nu zonder orkest, slechts de vier kernleden nemen plaats. Ze openen ingetogen met de bassiste op een Glockenspiel en gooien in het intro meteen het tempo flink omhoog. Met rap roffelwerk en dubbele, hectische gitaarpartijen. Oudje’ Ashes in the Snow’ komt een stuk eerder én heftiger tot ontlading. Zo, er zit me een versnelling in deze track, die met een intensiteit en furie wordt gespeeld die we van dat nieuwe materiaal niet zo kennen.
Bandleider Taka pakt voor het eerst deze avond de microfoon om niet alleen ons te bedanken, maar ook de orkestleden die voor het slotnummer weer zijn verschenen. Mooi: MONO draagt ‘Everlasting Light’ op aan “our hero Steve Albini”. De in mei overleden geweldenaar produceerde meerdere platen voor de Japanners, waaronder ook de jongste OATH en het uitmuntende Hymn to the Immortal Wind (2009), waarvan de twee tracks van de toegift stammen. ‘Everlasting Light’ komt in een daverende uitvoering tot ons. Smullen!
Voor een instrumentale band heeft MONO een enorme zeggingskracht. We zagen Russian Circles vorige week in Antwerpen nog wat verpletterender opereren, maar beide bands verkeren op tamelijk eenzame hoogte wat post-rock en -metal zonder vocalen betreft. Vanavond noteren we wel wat audiotechnische kanttekeningen. Ook is het een opvallende (en wat ons betreft niet de meest gelukkige) keuze om bij de tournee voor het zilveren jubileum vooral nieuw werk te spelen. Niettemin maakt de groep met dit kamerensemble-experiment duidelijk dat de creatieve rek er na 25 jaar zeker nog niet uit is. Benieuwd wat MONO de komende jaren nog voor ons in petto heeft.
Nog geen reacties!
Er zijn nog geen reacties geplaatst.