Terwijl onze tijdlijnen vol stromen met PJ Harvey op #DTRH, trekken wij naar het zuiden des lands voor het hardere werk. Jera on Air is hét Nederlandse festival voor alles, punk, hardcore en metalcore. Met een ijzersterke line-up is er voor ieder wat wils: van jonge metalcore bands zoals The Amity Affliction en While She Sleeps tot de hardcore- en punkveteranen Sick Of It All en Pennywise. Het lijkt niet mis te kunnen gaan dit jaar. Toch is het in eerste instantie nog maar de vraag of deze editie van start kan. Diverse hoosbuien en hagelstenen zo groot als tennisballen hebben het festivalterrein blank gezet op donderdagavond. Maar dankzij Wackenesque taferelen (lees: de lokale bevolking van Ysselsteyn werkt met man en macht samen) kan het festival toch beginnen op vrijdagavond.
Tekst Daan Holthuis & Lisa Gritter, foto’s Dani Silvia
Hoogtepunt
Genoeg over de regen. Laten we beginnen met het hoogtepunt. De jury hoefde niet lang in beraad over de absolute winnaar van Jera. Dat was unaniem Frank Carter & The Rattlesnakes op de zaterdag. Frank Carter kennen we als ex-zanger van Gallows en het project Pure Love. Met The Rattlesnakes lijkt Frank Carter zijn plek helemaal te hebben gevonden. Hij komt op in een full floral suit; broek, overhemd en colbertje in bloemenprint. Het jasje gaat al snel uit, want er moet gesprongen worden, met de armen gezwaaid en zelfs gedanst. De zanger wiegt verleidelijk zijn heupen terwijl hij hongerig het publiek inkijkt. De band speelt een korte, maar intense set waarin Carter zich, tot ons genoegen, uitspreekt over Brexit. Hij is boos en dat is te horen.
Middenin de set springt Carter het publiek in en maant ons te gaan zitten. Niet zoals verwacht om vervolgens weer en masse op te springen zodra de drums er in beuken, maar om ‘A Beautiful Death’ te zingen met slechts minimale gitaar als begeleiding. Het laat goed zien dat de zanger één van de beste stemmen binnen het genre bezit. Debuutalbum ‘Blossom’ is nog geen jaar oud en bevat een aantal fantastische meeschreeuwers als Juggernaut, Devil Inside Me, Fangs en nieuwste single Snake Eyes, die allemaal de revue passeren hier op de second stage van Jera. De band eindigt de set met I Hate You, een nummer wat je enkel met twee armen in de lucht mee kan schreeuwen en waar alle opgekropte frustraties van Frank, van ons en van zeker het overgrote deel van het publiek mee vrij lijken te komen. We verlaten de tent dan ook met een voldaan gevoel en een flinke glimlach. Het kan haast geen toeval zijn dat dit ook het eerste moment is dat de zon gaat schijnen boven Jera.
Vrijdag
Terug naar het begin. Voor NMTH begint Jera met Siberian Meat Grinder. Een Russisch cross-overgezelschap dat 80s thrash, hardcore en rap aan elkaar soldeert tot een vermakelijk geheel. De gemaskerde frontmannen weten de redelijk gevulde tent goed aan het moshen en dansen te krijgen en doen zo precies wat je als goede festivalopener hoort te doen. Op de Impericon Mainstage is het daarna For I Am King dat de klok slaat. Sinds deze band in 2013 opgericht werd door voormalige leden uit de Noord-Hollandse hardcore bands So Called Celeste, Price To Pay en All Heads Rise is het hard gegaan. De in eigen beheer uitgegeven Revengeance EP uit 2014, het gloednieuwe debuutalbum Deamons en gewoon keihard werken hebben FIAK geen windeieren gelegd. Men speelt in binnen- en buitenland en is nu voor de tweede keer te vinden op Jera. De melodieuze deathcore wordt enthousiast ontvangen en de voetjes gaan van de vloer tijdens songs als ‘This Is A Warning’ en het titelnummer van de nieuwe plaat. Frontvrouw Alma, in hamburger trui (!), en haar heren zetten hier weer een puike show neer.
Er is geen adempauze want we gaan gelijk door naar Fallujah. Niet de zwaar belegerde stad in Irak, maar misschien wel de muzikale representatie ervan, afkomstig uit de roemruchte San Francisco Bay Area. Muzikaal heeft het echter niets te maken met de thrash bands die daar als paddenstoelen uit de grond sprongen in de jaren tachtig. Bij Fallujah is het hoogwaardige techdeath(core) om van te watertanden. Op de albums The Flesh Prevails en Dreamless worden weergaloze riffs, razendsnelle baspartijen en ratelende kickdrums afgewisseld met sfeervol geprogrammeerde synths en zang. Helaas komt dit live moeilijk uit de mix. Voorin klinkt het nog behoorlijk, maar achterin de tent wordt het geheel al snel een ongedefinieerde brij. Daarbij helpt het niet dat vocalist Alex loopt te stoeien met de aan/uit-knop en batterijen van zijn microfoon. De zichtbare virtuositeit, enthousiasme en spelplezier tijdens de show maken veel goed.
Het Britse Bury Tomorrow laat even op zich wachten, want de band heeft last van een massale stroomstoring. Na een half uurtje kan de groep alsnog een volledige show geven, waar ze maar al te blij mee zijn en de organisatie van Jera hartelijk voor bedanken. De sympathieke band bedient zichzelf muzikaal van ‘impericoncore’. In andere woorden, gelikte melodische metalcore, waarbij de band brute riffs, breakdowns en botte vocalen afwisselt met rustige melodieën en emotionele zang. Een professionele show, waarbij de band vooral punten scoort met hun mening over de veel te dure VIP-packages die de laatste jaren worden aangeboden door talloze bands. Frontman Dani roept de fans daarom op om gewoon naar de merchstand te komen voor een praatje. Degene die dat gaan doen of besluiten Deez Nuts te gaan checken missen vervolgens het door Dynamo Eindhoven georganiseerde NK Stagediven met Pene Corrida. Talloze hitjes- en hardrock classics worden verbouwd tot heerlijk foute metalcore anthems. Perfect materiaal om op te stagediven zo blijkt uit het aantal enthousiaste springers.
De humor is nergens te bekennen als Thy Art Is Murder de mainstage betreedt. Het gaspedaal wordt vol ingedrukt door het Australische deathcore collectief. Mokerhard en zonder mededogen wordt het publiek volledig murw gebeukt. Al is het maar door het hoge volume en lage bastonen, want de subtiliteiten zijn ver te zoeken in het live-geluid. De fan zal herkenningspunten horen, maar diegene die nog niet bekend is met Thy Art Is Murder hoort vooral een brei van geluid en ziet een toffe performance.
Een band die zowel hun geluid als performance wel goed voor elkaar heeft is de Amerikaanse retroband Municipal Waste. Men grijpt terug op de cross-over thrash uit de jaren tachtig door bands zoals S.O.D., D.R.I. en Nuclear Assault en dat alles met een vette knipoog. In veertig minuten worden er twintig korte, energieke songs razendsnel doorheen geknald. De meeste daarvan zijn afkomstig van The Art Of Partying uit 2007, het conceptalbum over het grootste zuipfestijn ooit dat compleet uit de klauwen loopt. Tijdens afsluiter ‘Born To Party’, heeft Municipal Waste er aardig wat fans bij, zo blijkt als de hele tent “Municipal Waste will fuck you up” meebrult.
Afsluiter van de eerste dag The Amity Afflicition is alweer de derde band op Jera afkomstig uit ‘Down Under’. Daaruit blijkt wel dat Australische metalcore scene steeds meer in de spotlights is komen te staan met, naast de drie Jera-acts, bands als Parkway Drive, I Killed The Prom Queen en Northlane. Muzikaal gezien valt dit in de platenbak ‘impericoncore’: strakke, dynamische metalcore, waarbij bruutheid wordt afgewisseld met meer fijne emoties, ijzig gebrul met emotionele zangpartijen en rauwe riffs met meer melodieus getokkel. Qua ontvangst door het publiek een meer dan waardige afsluiter, voordat de eerste afterparty’s beginnen.
Zaterdag
Dag twee wordt op het middaguur afgetrapt door Pelgrim, de winnaar van de Jera bandbattle. Degene die ervoor hebben gekozen om hun tenten al zo vroeg te verlaten worden niet teleurgesteld, want de ‘Tilburg City Progcore’ wordt strak en lekker enthousiast gebracht.
De Second Stage wordt geopend door de ex-zanger van Periphery met het deel van Fellsilent dat niet doorging in Tesseract, oftewel de djent-band Monuments uit Milton Keynes, GB. Hoewel de band beweert niet geslapen te hebben, is het een overdonderende show voor een steeds vollere tent. De charismatische zanger Chris Barretto blijkt zichzelf voorgenomen te hebben om iedereen mee te krijgen. Hij blijft maar contact zoeken met de voorste rijen en weet het publiek te manen tot sit-downs en circlepits. Bovendien is hij zelf erg goed bij stem en staat het geluid ook als een huis. De lat is gelegd voor vandaag.
Ongeacht de regen laat het Eindhovense Call It Off de zon weer schijnen met hun opgewekte poppunk. Het toegestroomde publiek wordt direct voorzien van strandballen en opblaaskrokodillen wat alleen maar aan de feestvreugde bijdraagt. Hierna gaan we direct door met het Welse Neck Deep. Een nodige dosis zelfspot is de poppunkband niet vreemd met een slogan die luidt: ‘Fuck Neck Deep mate, they’re shit’. De band doet de te gekke show in Melkweg Amsterdam van eerder dit jaar nog eens rustig over op de Second Stage. Er ontstaat een flinke moshpit en de voorste rijen en vooral de (prima) security wordt overspoeld met crowdsurfers. Het gaat er op een gegeven moment zo enthousiast aan toe, dat de band het publiek tot rust moet manen om de security even een adempauze te geven als een collega afgevoerd moet worden. Frontman Ben is even zichtbaar uit het veld geslagen, maar weet gelukkig de draad weer op te pakken. Zelfs de grootste hater van poppunk kan niet ontkennen, dat de band een bizarre dosis energie weet op te wekken, iets waar menige band een puntje aan kan zuigen. Topshow!
Zo niet, Turnstile. Hun 90s hardcore sound is natuurlijk alles behalve origineel, maar die bodemloze energie die de band weet te genereren is ongekend. Op een bezielende wijze worden songs als ‘Fazed Out’ en ‘Bad Wave’ van het debuutalbum de tent in geslingerd. Frontman Brendan is regelmatig tussen het moshende én pilende publiek te vinden en doet net alsof er helemaal geen barrière voor het podium staat. Wat zet de Amerikaanse band een show neer. Zo weten ze de verwachtingen in te lossen, want als er momenteel een hype om één band heen hangt, is het wel om Turnstile. En terecht! Met de toffe programmering in de twee grootste tenten zou je bijna helemaal vergeten dat er in de intieme punkrockbar ook nog genoeg moois staat. Bijvoorbeeld het Noord-Hollandse 18 Miles. Keiharde old school hardcore, zoals je die eigenlijk alleen in New York zou verwachten. Dat na hun show het zaaltje nog overeind staat mag een wonder heten. Wat was het hard.
Bezinning
Na Turnstile neemt de NMTH-crew tijd om even tot zichzelf te komen. Er wordt eten besteld bij Just Like Your Mom, die met hun overheerlijke en geheel veganistische catering op bijna alle Nederlandse en Belgische festivals te vinden zijn. Vaste prik en tevens een noodzakelijke pitstop tussen het moshen, springen en drinken door. De chili-burgers zijn voedzaam en de wortel-kokos-gembersoep to die for. Een festival draait om de muziek, geen twijfel. Maar; goed eten, bekwaam barpersoneel, vriendelijke beveiligers en een plek om bij te komen, kunnen een festivalervaring maken of breken. In het geval van Jera is de score vier uit vijf. De line-up zit wel snor, met Just Like Your Mom zijn wij voorzien van lekker en voedzaam eten en de beveiliging doet zijn werk met een glimlach. Het enige minpunt is de plek om te hangen en dat is voornamelijk te danken aan het altijd prachtige Nederlandse zomerweer, dat het gehele terrein drassig en nat achterlaat. Er is de Cathedral Of Chaos, een bierbar waar ze speciaalbier in glas schenken, maar op het moment dat wij daar binnen lopen staat er een dj minimal techno te draaien. Iets waar wij met ons hoofd niet bij kunnen: Waarom moet dat in godesnaam op een punkrockfestival worden gedraaid. Maar daar lijkt verder niemand zich echt aan te storen.
De laatste loodjes
Goed, terug naar de bands. Frank Carter & The Rattlesnakes heb je al uitgebreid over kunnen lezen bovenaan dit artikel. Wat een show, wat een band, wat een vent. En oh ja, de zon schijnt! Nog vol gelukzaligheid van de Frank Carter show en na een korte sanitaire stop rennen snel we door naar John Coffey. Neerlands punkrock trots, onze hoop in tijden van Justin Bieber, de vleesgeworden jongensdroom die ons aller harten brak door eerder dit jaar een ‘indefinite hiatus’ aan te kondigen. Je kan lang bakkeleien over het hoe en waarom erachter, maar vandaag speelt de band met een invaldrummer én een invalbassist, respectievelijk vanwege het krijgen van een tweede baby en een huwelijksreis. Het leven, de liefde, familie, vrouw én kinderen gaan voor en dat is hoewel misschien niet zo punkrock, toch ook behoorlijk hoopvol. Het is voor sommige van ons zeker tegen de twintigste keer dat we de band zien spelen en het voelt dan ook warm en vertrouwd als we de tent inlopen tijdens de eerste ‘Lalalalalalala Lalalalalala’ van ‘Featherless Redheads’. Er wordt geschreeuwd, gesprongen en er is uiteraard een goed beukende wall of death onder keurige begeleiding van zanger David. Toch lijkt het niet helemaal los te gaan, niet zoals we van de band gewend zijn. Of het aan het redelijk tamme publiek ligt, moe van de regen en hongerig zo rond dit tijdstip, of misschien omdat de band met maar drie originele leden speelt, wij kunnen de vinger er niet helemaal op leggen. De band speelt een goede set en we zien blije gezichten op en voor het podium. Misschien ligt het wel gewoon aan ons, zijn we te oud of is de herinnering aan John Coffey in de Crowbar, Winston Kingdom, Café Extase, de kelder van de Oosterpoort of de kerk van Ruigoord té mooi en kan eigenlijk niets dat nog overtreffen.
Dat nostalgische gevoel zetten we voort door direct door te gaan naar Boysetsfire. Nathan –met grijze baard!- en consorten zijn precies het soort band waardoor dit soort festivals bestaan. Met de perfecte mix tussen hardcore, punkrock en emo heeft Boysetsfire een grote groep zeer loyale fans die tijdens elke show, zo ook hier, als één groep samenkomen en meezingen als ware ze Ierse supporters in Frankrijk. Ze spelen geen verrassende set, wel een strakke show vol Boysetsfire klassiekers als Empire en Release The Dogs. Het zijn bands als deze die een flinke bijdrage hebben geleverd aan het vrij maken van de weg voor de John Coffeys en Frank Carters van de wereld en daarvoor zijn wij ze zeer dankbaar.
We zijn ook de Jeragoden dankbaar die het van de weergoden wonnen in een episch gevecht om het weekend. Jera On Air liet zich niet uit het veld slaan door regen of modder en heeft voor volgend jaar zijn zonuren wel verdiend lijkt ons zo. We overnachten die avond in het pittoreske Deurne, alwaar wij ondanks onze modderige schoenen zeer vriendelijk worden ontvangen. Dieptepunt van de dag is helaas wel de tacochips met bolognesesaus en warme komkommerschijfjes (!?), maar bardancing The Ocean, met een heus schip dat dienst doet als bar, maakte alles weer goed. Tot volgend jaar Jera!
Meer werk van Dani Silvia vind je hieronder en op haar website.
Nog geen reacties!
Er zijn nog geen reacties geplaatst.